Muziekencyclopedie

S. van Ameringen (1962)

Gepubliceerd op 21-04-2020

hoorn

betekenis & definitie

koperen blaasinstrument bestaande uit een cirkelvormig gebogen slanke buis, eindigend in een wijde klankbeken, en tegenwoordig voorzien van ‘ventielen. Deze ventielen worden met de linkerhand bediend, terwijl de rechterhand in de klankbeker rust en daar speciale effecten kan vóórtbrengen.

De omvang is naar de klank van Bi tot f”; de notatie is transponerend in F of Bes. Ten tijde van Mozart nog een natuurinstrument, d.w.z. dat men er slechts een reeks boventonen op kon voortbrengen. De uitvinding van de ventielen door Blühmel (1813) maakte het voortbrengen van alle chromatische tonen mogelijk. Sinds de 18de eeuw vast bestanddeel van het symfonie-orkest. Er is vrij veel voor hoorn gecomponeerd, zowel als solo in het orkest als voor het instrument in kamermuziek.