vrolijk - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: vro-lijk
1. in een goede stemming
♢ mijn moeder is altijd vrolijk
1. even vrolijk
[alsof er niets gebeurd was]
2. een vrolijke Frans
[een zorgeloze pretmaker]
3. vrolijk worden
[een beetje dronken worden]
4. zich ergens vrolijk over maken
[erover spotten]
2. met gezellige kleuren
♢ wat een vrolijk jurkje is dat
Bijvoeglijk naamwoord: vro-lijk
... is vrolijker dan ...
het vrolijkst
de/het vrolijke ...
iets vrolijks
Synoniemen
blij, blijmoedig, opgeruimd, opgewekt, uitbundig, verheugd
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk