tegenhouden - onregelmatig werkwoord
uitspraak: te-gen-hou-den
1. niet verder laten gaan
♢ de politie heeft het verkeer tegengehouden
Onregelmatig werkwoord: te-gen-hou-den
ik houd tegen (... ik tegenhoud)
jij/u houdt tegen (... jij tegenhoudt)
hij/zij houdt tegen (... hij tegenhoudt)
wij/zij/jullie houden tegen (... wij tegenhouden)
ik/jij/u/hij/zij hield tegen (... ik tegenhield)
wij/zij/jullie hielden tegen (... wij tegenhielden)
hij heeft tegengehouden
de/het/een tegengehouden ....
Synoniemen
afhouden, afwenden, belemmeren, beletten, onderdrukken, stremmen, stuiten, terughouden, weerhouden
Tegenstellingen
bevorderen, doorlaten, stimuleren
Gepubliceerd op 14-11-2017
tegenhouden
betekenis & definitie