spaakbeen - zelfstandig naamwoord
uitspraak: spaak-been
1. bot in de onderarm aan de kant van de duim
♢ ze heeft bij die val haar spaakbeen gebroken
Zelfstandig naamwoord: spaak-been
het spaakbeen
de spaakbeenderen
het spaakbeentje
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.