ruit - zelfstandig naamwoord
1. glas in een raam
♢ hij schopte met de bal een ruit stuk
1. je eigen ruiten ingooien
[je eigen zaak bederven]
2. patroon van kruisende lijnen
♢ een rok met een Schotse ruit
3. figuur met vier even lange zijden en met tegenover elkaar gelegen hoeken die even groot zijn
♢ een voorrangsbord heeft de vorm van een ruit
Zelfstandig naamwoord: ruit
de ruit
de ruiten
het ruitje
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk