praktisch - bijvoeglijk naamwoord, bijwoord
uitspraak: prak-ties
1. wat met het doen te maken heeft
♢ praktisch is hij heel goed, theoretisch niet
1. dat is praktisch niet uitvoerbaar
[je kunt het niet doen]
2. handig of doelmatig
♢ haar aanpak is erg praktisch
1. nog net niet helemaal
♢ ik ben praktisch klaar met het werk
Bijvoeglijk naamwoord: prak-ties
... is praktischer dan ...
de/het praktische ...
iets praktisch
Bijwoord: prak-ties
Tegenstellingen
theoretisch
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk