Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

opbouwen

betekenis & definitie

opbouwen - regelmatig werkwoord
uitspraak: op-bou-wen

1. maken uit losse onderdelen
♢ de toren is omgevallen, nu kun je hem weer opbouwen
2. in elkaar zetten, samenstellen
♢ hoe moet je zo'n verhaal opbouwen?
1. een bedrijf opbouwen
[het stichten en groter maken]
2. opbouwende kritiek
[waar je wat aan hebt]

Regelmatig werkwoord: op-bou-wen
ik bouw op (... ik opbouw)
jij/u bouwt op (... jij opbouwt)
hij/zij bouwt op (... hij opbouwt)
wij/zij/jullie bouwen op (... wij opbouwen)
ik/jij/u/hij/zij bouwde op (... ik opbouwde)
wij/zij/jullie bouwden op (... wij opbouwden)
hij heeft opgebouwd
de/het/een opgebouwde ....
opbouwend, opbouwende

Synoniemen
bouwen, construeren

Tegenstellingen
afbreken, slechten, slopen

< >