moeilijk - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: moei-lijk
1. het zit zo in elkaar dat je het moeilijk kunt snappen
♢?
2. wat veel inspanning kost om te doen
♢ik vind die som moeilijk
1. moeilijk lopen
[slecht lopen]
2. een moeilijke jongen
[lastig, onhandelbaar]
3. doe niet zo moeilijk!
[werk eens een beetje mee]
4. maak het jezelf niet zo moeilijk
[vat het niet zo zwaar op]
5. alle begin is moeilijk
[aanmoediging als iemand iets moeilijk vindt]
6. het er moeilijk mee hebben
[het slecht kunnen verwerken]
7. iemand in een moeilijk parket brengen
[het hem moeilijk maken]
3. bezwaarlijk
♢ik kan moeilijk doen alsof ik het niet weet
4. onhandelbaar en lastig
♢Ramses is een moeilijke puber
5. het zit zo in elkaar dat je het lastig kunt snappen
♢die opgave was erg moeilijk
Bijvoeglijk naamwoord: moei-lijk
... is moeilijker dan ...
het moeilijkst
de/het moeilijke ...
iets moeilijks
Synoniemen
ingewikkeld, complex, gecompliceerd, ingewikkeld, lastig, ongemakkelijk
Tegenstellingen
gemakkelijk, licht, makkelijk, gemakkelijk, gerieflijk, geriefelijk, gemakkelijk
Gepubliceerd op 31-10-2017
moeilijk
betekenis & definitie