meewegen - regelmatig werkwoord
uitspraak: mee-we-gen
1. samen met andere dingen in aanmerking nemen
♢in mijn oordeel laat ik meewegen dat hij me altijd goed behandeld heeft
Regelmatig werkwoord: mee-we-gen
ik weeg mee (... ik meeweeg)
jij/u weegt mee (... jij meeweegt)
hij/zij weegt mee (... hij meeweegt)
wij/zij/jullie wegen mee (... wij meewegen)
ik/jij/u/hij/zij woog mee (... ik meewoog)
wij/zij/jullie wogen mee (... wij meewogen)
hij heeft meegewogen
meewegend, meewegende
Synoniemen
meetellen
Gepubliceerd op 31-10-2017
meewegen
betekenis & definitie