gezet - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: ge-zet
1. erg breed of met een grote omvang
♢ hij is niet dik, maar wel een beetje gezet
Algemene uitdrukkingen:
1. op gezette tijden
[op vaste tijden]
Bijvoeglijk naamwoord: ge-zet
... is gezetter dan ...
het gezetst
de/het gezette ...
Synoniemen
corpulent, dik, gezwollen, lijvig, opgezet, opgezwollen, zwaarlijvig
Tegenstellingen
slank