garen - regelmatig werkwoord
uitspraak: ga-ren
1. gaar maken of laten worden
♢ je moet dat vlees wel drie uur laten garen
Regelmatig werkwoord: ga-ren
ik gaar
jij/u gaart
hij/zij gaart
wij/zij/jullie garen
ik/jij/u/hij/zij gaarde
wij/zij/jullie gaarden
hij heeft of is gegaard
de/het/een gegaarde ....
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk