bespreken - onregelmatig werkwoord
uitspraak: be-spre-ken
1. erover praten
♢ ik heb mijn plan met Ahmed besproken
2. van tevoren afspreken dat je er gebruik van kunt maken
♢ ik heb in dit restaurant een tafel besproken
3. uitgebreid vertellen wat je ervan vindt
♢ het boek werd in alle kranten besproken
Onregelmatig werkwoord: be-spre-ken
ik bespreek
jij/u bespreekt
hij/zij bespreekt
wij/zij/jullie bespreken
ik/jij/u/hij/zij besprak
wij/zij/jullie bespraken
hij heeft besproken
de/het/een besproken ....
Synoniemen
bepraten, recenseren, reserveren
Gepubliceerd op 14-11-2017
bespreken
betekenis & definitie