aanbakken - regelmatig werkwoord
uitspraak: aan-bak-ken
1. licht of kort bakken in olie of boter
♢ je moet de kipfilet eerst even aanbakken en daarna de uitjes erbij doen
Regelmatig werkwoord: aan-bak-ken
ik bak aan (... ik aanbak)
jij/u bakt aan (... jij aanbakt)
hij/zij bakt aan (... hij aanbakt)
wij/zij/jullie bakken aan (... wij aanbakken)
ik/jij/u/hij/zij bakte aan (... ik aanbakte)
wij/zij/jullie bakten aan (... wij aanbakten)
hij heeft aangebakken
de/het/een aangebakken ....
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk