Monumenten in Nederland: Zuid-Holland

Ronald Stenvert, Chris Kolman, Saskia van Ginkel-Meester, Elisabeth Stades-Vischer, Sabine Broekhoven en Ronald Rommes (2004)

Gepubliceerd op 02-01-2020

17de-eeuwse huizen in Dordrecht

betekenis & definitie

Door hun ‘tijdloosheid’ is een precieze datering van de ‘Dordtse gevels’ vaak moeilijk te geven. Goede voornamelijk 17de-eeuwse voorbeelden zijn te vinden bij Grote Spuistraat 7, 21 en 30, Vleeshouwersstraat 29, het huis In den Vissen (Korte Breestraat 20) en verder Schuitenmakersstraat 27-29, Bagijnhof 72, Kleine Spuistraat 16, Lange Breestraat 44-48, Museumstraat 48 en 50, Vriesestraat 5, 71 en 73, Wijnstraat 126 en Weeshuisplein 26-27.

De gevel van Weeshuisplein 28 is gedateerd ‘1722’ met in elk van de negblokjes aan weerszijden van de verdiepingsvensters één cijfer. Op dezelfde vaker toegepaste wijze is de gevel van Voorstraat 415 gedateerd ‘1668’. Ook op andere ‘Dordtse gevels’ zijn dateringen aangebracht, zoals bij Nieuwstraat 38-40 (1700, van elders overgebracht), Vriesestraat 7 (1701), Lange Breestraat 20 (1705), het huis 't Napolitaanse peerdt (Nieuwstraat 30; 1714) en verder Vleeshouwersstraat 25 (1768), Kleine Spuistraat 8 (1777) en Vriesestraat 132 (1777). Vaak betreft het hier dateringen van latere veranderingen aan de topgevels. Zo heeft men de ‘Dordtse gevel’ van Steegoversloot 13 in 1621 verbouwd. Het in de kern laat-gotische huis Engelenhoven (Wijnstraat 85) kreeg in de tweede helft van de 16de eeuw een ‘Dordtse gevel’, maar de huidige trapgeveltop met fronton is van een verbouwing in 1646 (cartouche).

Iets vergelijkbaars geschiedde bij het huis In de Hen (Wijnstraat 71), dat in 1630 met een verdieping werd verhoogd, en bij het smalle drielaagse huis Wijnstraat 172. Veel ‘Dordtse gevels’ zijn (nogal ingrijpend) gerestaureerd, of zelfs verplaatst, zoals de in 1973 van elders overgebrachte gevels van Hofstraat 2, 4 en 10.

Enkele trapgevels vertonen maniëristische kenmerken, zoals geblokte korfbogen en boogvullingen met een metselmozaïek.

De in 1898 ingrijpend gerestaureerde gevel uit 1608 van het huis De Crimpert Salm (Visstraat 3-5) is rijk versierd met een fries van metselmozaïek en met cartouches, koppen en leeuwenmaskers en een toppilaster met wapendragende leeuw. De trapgevel met speklagen van Voorstraat 119 kreeg ondanks de datering ‘1650’ (cartouche) begin 17de eeuw zijn topgevel en mozaïekmetselwerk. Hiermee vergelijkbaar is de achtergevel (1609) aan de havenzijde van het middeleeuwse huis St. Nicolaes (Voorstraat 173). Uitgemetselde korfbogen hebben ook de eenvoudiger trapgevels van Voorstraat 331 (1612), Nieuwstraat 119-121 (circa 1650) en Steegoversloot 42 (1686), en de tuitgevel van Hoge Nieuwstraat 29 (circa 1640). Het huis Hoge Nieuwstraat 138 heeft een puntgevel met vlechtwerk uit 1613.

Daarnaast staan er in Dordrecht diverse maniëristische pilastergevels. De uit 1603 (cartouche) daterende gevel van Voorstraat 170 heeft pilasters met minimale ionische kapitelen en is verder voorzien van rolwerkcartouches, sierankers en een geveltop met vleugelstukken en segmentvormig fronton. Vergelijkbare pilasters heeft de gevel van Voorstraat 17 (circa 1620), waarvan men de top rond 1900 heeft vernieuwd.

Gecompliceerde metselmozaïeken zijn aangebracht tussen de trigliefen van het fries boven de ionische pilasters bij de gevel van Nieuwstraat 38 (circa 1610). Bij het in 1618 voor zijde- en lakenkoper Jan de Louttre gebouwde diepe huis De Pauw (Voorstraat 259) is de trapgevel boven de in de 18de eeuw vernieuwde pui versierd met pilasters, boogvelden met radiale natuurstenen strekken en gebeeldhouwde consoles met maskers. Deze consoles worden toegeschreven aan beeldhouwer Gillis Huppe, die ook de maskerconsoles vervaardigde van het later sterk verbouwde Huis met de Hoofden (Nieuwe Haven 1-2; circa 1620). De pilastergevel uit 1626 van het in de kern oudere huis In den Coninck van Enghelant (Voorstraat 182-184) is rijk geornamenteerd met mascarons, puttokoppen en cartouches, waaronder een cartouche met de tekst ‘Niet zonder Goets Hulp’. Bij een ingrijpende restauratie in 1909 heeft men een balustrade aangebracht en de pui vernieuwd. Eveneens zwaar gerestaureerd is het smalle pand Voorstraat 265, dat boven de Donkere Steiger is voorzien van een maniëristische cartouche (1632) en een Lodewijk XIV-bekroning.

De trapgevel van het huis In de Steur (Visstraat 7) wordt gesierd door gebeeldhouwde puttokoppen; de puibalk is uit 1643, een cartouche meldt het jaartal ‘1660’. Bij het laat-18de-eeuwse huis Gravenstraat 46 is in de gevel een gebosseerd maniëristisch poortje opgenomen.

Het beste voorbeeld van classicistische architectuur in Dordrecht is het monumentale woonhuis De Onbeschaemde (Wijnstraat 123), dat in 1650-'53 werd gebouwd naar plannen van Pieter Post. Opdrachtgevers waren Abraham van Beveren en zijn echtgenote, die tijdens de bouw werden bijgestaan door aannemer (later stadsarchitect) Maarten Gillisz van der Pijpen. De voorgevel is uitgevoerd met kolossale corinthische pilasters. Het fronton van het middenrisaliet toont de alliantiewapens van de opdrachtgevers, met als schildhouder de blote putto die het huis zijn naam geeft. Rond 1755 vond een ingrijpende verbouwing plaats en in 1860 heeft men de bordestrap vernieuwd. In 1910 werd het huis onder leiding van B. van Bilderbeek verbouwd tot bank (gevestigd tot 1967) en in 1996-'97 heeft men een restauratie uitgevoerd. Het interieur bevat een hal met stucwerkplafond en tochtdeur, een trappenhuis met koepel, kamers met schouwen, alles in Lodewijk XV-stijl (circa 1750), een 18de-eeuwse keuken en enkele vroeg-20ste-eeuwse kantoorvertrekken.

Vergelijkbaar met ‘De Onbeschaemde’, maar dan met corinthische pilasters over de volle hoogte, is de gevel van het huis Beverschaap (Korte Engelenburgerkade 18), gebouwd in 1658 voor Abrahams broer Willem van Beveren en diens echtgenote Cornelia Schaap. Het ontwerp is mogelijk van bovengenoemde Van der Pijpen en geïnspireerd door de architectuur van Pieter Post. De wapens in het fronton hebben als schildhouders een bever en een schaap. Boven de rijk versierde entree zijn een meerman en een meerwijf in omarming weergegeven. Corinthische pilasters heeft ook de rond 1650 opgetrokken gevel van Wolwevershaven 41, die later van vijf traveeën werd gereduceerd tot drie vensterassen. Een uitzonderlijk brede gevel met ionische pilasters heeft het huis Doelesteyn (Steegoversloot 38), gebouwd in 1657 voor de Antwerpenaar Cornelis Vaens.

Het houten fronton, met oeil-de-boeuf en guirlandes, en de deurpartij zijn laat-18de-eeuws en uitgevoerd in Lodewijk XVI-stijl. Ionische pilasters en geen fronton hebben de wit geschilderde gevel van Houttuinen 36 (circa 1650), de rijk met festoenen en frontons gedecoreerde gevel van Grotekerksplein 5 (circa 1665) en de eenvoudige maar statige gevel van Prinsenstraat 23 (circa 1680). Enigszins verminkt zijn de ionische pilastergevels van Varkenmarkt 75 (1663) en Gravenstraat 38-42 (circa 1680). De wit gepleisterde drielaags gevel van Groenmarkt 63 (circa 1670) toont een superpositie met (geblokte) dorische, ionische en corinthische pilasters. Een rijke festoen- en cartouche-decoratie siert de gevel van Voorstraat 142 (1651).

Uit de tweede helft van de 17de eeuw dateren ook de verhoogde halsgevels van Nieuwe Haven 36 (1660) en Gravenstraat 5 (1671). Mooie eenvoudige halsgevels met klauwstukken zijn te vinden bij Steegoversloot 44 (1689), Wijnstraat 166 (circa 1690) en Voorstraaat 483 (1699). Bij Steegoversloot 243 (1696) is de geveltop rijk uitgevoerd met natuurstenen festoenen en met een schelpnisversiering in het segmentvormig fronton. Wijnstraat 83 heeft een halsgevel met gebeeldhouwde klauwstukken en kolossale ionische pilasters (circa 1680).