Monumenten in Noord Holland

R. Stenvert en C. Kolman (2006)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Warenhuizen en winkelgalerijen in Amsterdam

betekenis & definitie

Vanaf circa 1880 verrezen in Amsterdam grote winkels die in hun architectuur aansloten bij ontwikkelingen van de ‘Grands Magasins’ elders in Europa en in Amerika. Op markante hoekpercelen staan bijvoorbeeld het overwegend met neorenaissance-vormen uitgevoerde voorm. confectiewarenhuis Dam 2b-4 (1886, W.

Langhout) en het warenhuis Metz & Co. (Keizersgracht 455; 1891, J. van Looy).Het laatste werd in internationaal eclectische vormen gebouwd voor de New York Life Insurance Company als winkel annex kantoren en woningen, en na aankoop door de firma Metz & Co (1908) verbouwd tot warenhuis (1918, H.A. van Anrooy). Dit vijflaagse blokvormige hoekpand is voorzien van een hoektoren met koepel. De natuurstenen gevels vertonen internationale eclectische vormen met veel neobarokke versieringen. De letters N en Y en een Amerikaanse adelaar verwijzen naar de eerste bouwheer. De oorspronkelijk als toonzaal en nu als restaurant dienende dakopbouw uit 1933 is een functionalistisch ontwerp van G.Th. Rietveld.

Bij de aanleg van de Raadhuisstraat (1895-'96) ontwikkelde de Levensverzekerings Maatschappij De Utrecht de winkelgalerij Raadhuisstraat 23-53 (1896-'97) met achttien geschakelde winkels, een horecagelegenheid en enkele kantoren naar plannen van A.L. van Gendt en zijn zoons J.G. en A.D.N. van Gendt. De met de flauwe S-curve van de straat meebuigende gevelwand vertoont een combinatie van neorenaissance-, rationalistische en jugendstil-vormen en is voorzien van veel beeldhouwwerk (dierenfiguren en monsters). Vóór de etalages langs loopt een overdekte galerij in natuursteen, ijzer en glas.

Op Amerikaanse warenhuisontwerpen geïnspireerd is het voor de firma H.F. Jansen & Zn. als meubelzaal annex stoomtimmerfabriek gebouwde magazijn Spui 10 (1891-'92, Ed. Cuypers). Opvallend zijn de grote en hoge etalages en de zichtbare ijzerconstructies. Later waren in dit pand onder meer de Holland-Afrikalijn (Afrikahuis) en de boekhandel Scheltema Holkema Vermeulen gevestigd (verbouwd 1988). Grote glaspartijen bepalen ook het uiterlijk van de rond de eeuwwisseling op hoekpercelen opgetrokken warenhuizen Nieuw Engeland (Koningsplein 2-4; 1899, A.

Jacot en W. Oldewelt), voorzien van een ronde hoektoren met koepel en lantaarn, en Leidsestraat 1-3 (1904-'05, P.A. Weeldenburg), met bovenetalages in ijzer en staal en een afgeschuinde hoekpartij met tegelmozaïek en gebogen erker. J.F. Staal en A.J. Kropholler ontwierpen in 1907 het voorm. meubelmagazijn en kantoor 't Binnenhuis (Raadhuisstraat 46-50) met een symmetrisch ingedeelde rationalistische voorgevel. 't Binnenhuis was een initiatief van H.P.

Berlage en C. Henny met als oogmerk de kwaliteit van de toegepaste kunst en industriële vormgeving (meubels) te verbeteren.

Vanaf het begin van de 20ste eeuw werden de warenhuizen opgezet met een skelet van gewapend beton, dat aan het oog werd onttrokken door met baksteen of natuursteen beklede gevels. Maison de Bonneterie (Rokin 138-140) kreeg in 1908-'09 zijn huidige vorm naar een op Franse voorbeelden geïnspireerd Nieuw Historiserend ontwerp van A. Jacot en W. Oldewelt. Het in de jaren zestig gemoderniseerde interieur bevat nog een vide met gebogen galerijen en een lichtkoepel. Aan de Kalverstraatzijde (nr. 183), waar de winkel in 1889 werd gevestigd, is boven de winkelpui een gepleisterde gevel uit circa 1850 behouden.

Jacot ontwierp samen met J. Snuyff het modehuis Maison Hirsch & Cie. (Leidseplein 23-31; 1911-'13) in internationale eclectische stijl met kolossale ionische pilasters en een afgeronde hoekpartij met koperen koepel. Als voorbeeld diende het Londense warenhuis Selfridges. In Nieuw Historiserende stijl en met kolossale ionische pilasters ontwierp Jacot nog de winkelmagazijnen Nieuwendijk 200 (1912) en Leidseplein 1-3 (1917). Op de plaats van de in 1903 gesloopte beurs van Zocher verrees het grote warenhuis De Bijenkorf (Damrak 90; 1912-'14) in opdracht van A.I. Goudsmit en de Société Anonyme Grands Magasins ‘De Bijenkorf’.

De op de Franse renaissance teruggrijpende gevels in Nieuw Historiserende vormen zijn ontworpen door J.A. van Straaten (aangepast door B.A. Lubbers). Opvallend zijn de hoger opgetrokken risalieten met gebogen frontons en de middentoren met lantaarn en koepeldak. Het warenhuis onderging verbouwingen en uitbreidingen in 1935-'37 (W. Brouwer en W.M. Dudok), 1978-'80 (parkeergarage; F.J. van Gool) en rond 2005 (K.

Rijnboutt). De in Muschelkalksteen uitgevoerde gevels van het in ‘Um 1800’-stijl uitgevoerde warenhuis van Peek & Cloppenburg (Dam 20; 1915-'17, A.J. Joling) tonen reliëfs en beeldhouwwerk van K. Smout en herplaatste gevelstenen van enkele voor de bouw afgebroken huizen. Grote gevelbeelden dienen als reclame voor het sinds 1991 mede in het gebouw ondergebrachte wassenbeeldenmuseum van Madame Tussaud.

Bijzonder door de vroege openlijke toepassing van gewapend beton als gevelbekleding is het gebouw van de voorm. modezaak Gerzon (Kalverstraat 66; gevestigd 1892), zoals het is ontstaan bij een uitbreiding in 1915-'17 naar een ontwerp in art déco-vormen van A. Moen (latere uitgebreid in aangepaste stijl). Ter afwerking werd het beton vermengd met een groenachtige steenslag. Na 1970 zijn de gevels nogal gewijzigd en versoberd; het fraaiste gedeelte bevindt zich aan de zijde van de Nieuwezijds Voorburgwal. De kern van het door verbouwingen en uitbreidingen ontstane huidige complex van Vroom & Dreesmann (Kalverstraat 199-203) wordt gevormd door een winkelgedeelte met afgeronde hoekpartij en art déco-achtige pilastergeleding (1912, F.M.J. Caron) en een functionalistisch bouwdeel (1932-'34, J.

Kuyt). Een voorm. filiaal van Vroom & Dreesman is het zakelijk-expressionistische gebouw Damstraat 9-21 (1927-'28, J. Kuyt). Functionalistisch van vormgeving is het gebouw van Galeries Modernes (Reguliersbreestraat 10-22; 1937-'38, D. Brouwer). Tot de meest recente toevoegingen aan het winkelbestand behoort het samen met ‘Hotel De Kolk’ gebouwde winkelcentrum De Kolk (Nieuwendijk 156-160 e.o; 1991-'96, B. van Berkel). Markant zijn de schuin weglopende gevels met groen glas en bruine terracotta-tegels.