Monumenten in Nederland: Noord-Brabant

Ton Kappelhof, Chris Kolman, Ben Kooij, Ben Olde Meierink, Nelleke Reijs en Ronald Stenvert (1997)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Het norbertinessenklooster St.-Catharinadal in Oosterhout

betekenis & definitie

Het norbertinessenklooster St.-Catharinadal (Kloosterdreef 1-3) werd in 1645 gevestigd in het kasteelachtige huis ‘De Blauwe Camer’.

Het oudste deel van het complex, de vleugel links van de toren, dateert uit omstreeks 1400. In de loop van de 15de eeuw of het begin van de 16de eeuw kreeg het gebouw een verdieping. Gelijktijdig of iets later kwam de vierkante traptoren met bordestrappen tot stand, waarschijnlijk in twee fasen. Nicolaas Vierling, griffier van de Nassause rekenkamer, liet rond 1545 mogelijk in twee kort op elkaar volgende fasen de haakse zaalvleugel en het voorhuis of ingangsvleugel bouwen. Beide vleugels hebben rijk gedetailleerde, laat-gotische topgevels met overhoekse pinakels. In de grote zaal bevindt zich een laat-gotische schouw met een 18de-eeuwse rookkap.

In 1647 verrees aan de achterzijde het eigenlijke klooster, dat bestaat uit vier vleugels rond een pandhof met kloostergang. Na de bouw van het klooster werd het oorspronkelijke huis ingericht als proosdij.

Aan de noordzijde bouwde men een lage dienstvleugel. Aan de zuidzijde verrees in 1816 een nieuwe kloosterkerk, die vervolgens in 1903 en ten slotte in 1966 geheel nieuw werd opgetrokken. Verder bevat het complex nog een poortgebouw uit het begin van de 19de eeuw. In de loop van de tijd heeft men het complex enkele keren verbouwd en in 1955-'59 is het gerestaureerd.