Monumenten in Nederland: Noord-Brabant

Ton Kappelhof, Chris Kolman, Ben Kooij, Ben Olde Meierink, Nelleke Reijs en Ronald Stenvert (1997)

Gepubliceerd op 02-01-2020

17de-eeuwse huizen in 's-Hertogenbosch

betekenis & definitie

De maniëristische trapgevels uit het begin van de 17de eeuw hebben een op kraagsteentjes rustende uitgekraagde boog boven de vensters en gemetselde waterlijsten waarin soms natuurstenen kopjes zijn opgenomen. Verder zijn sierankers en metselmozaïeken toegepast.

Een mooi voorbeeld van zo'n gevel is die van De Gulden Hopsack (Orthenstraat 3) uit 1619. De pui is gereconstrueerd in 1923. Het interieur bevat een insteek, een met ranken en vogels beschilderde zoldering, een wenteltrap en een huisrad. De kelders van het pand zijn ouder dan 1619. Het huis hoort tegenwoordig bij de bank Van Lanschot.

Andere, in mindere of meerdere mate gerestaureerde, maniëristische gevels zijn te vinden bij Het Misverstand (Snellestraat 28), een hoekpand uit omstreeks 1630, Het Vosken (Markt 5) en Korte Putstraat 9. Bij de eenvoudiger uitgevoerde trapgevels zijn de vensters in ondiepe korf- of tudorboognissen geplaatst of voorzien van ontlastingsbogen of -strekken in het gevelvlak. Natuursteen is toegepast voor dekplaten, hoekblokken, sluit- en aanzetstenen van bogen en soms voor waterlijsten en speklagen. In de geveltop, meestal voorzien van een toppilaster, bevindt zich vaak een ronde of ovale nis of opening. Voorbeelden zijn onder meer Brede Haven 70, Het Vosken (Verwerstraat 44), Nieuwstraat 15-17, De drij Swarte Mollen (Vughterstraat 267), uit omstreeks 1630, Dit is in Vlijmen (Smalle Haven 125), uit 1635, en De Klosbeugel (Lange Putstraat 16), uit het tweede kwart van de 17de eeuw. De voorgevel van het laatstgenoemde pand heeft sierbanden van metselmozaïek in mergel; de onderpui is later gewijzigd.

Dit hoekpand werd al in een vroeg stadium aan de achterzijde verbonden met Korte Putstraat 27. Beide panden zijn reconstruerend gerestaureerd. In een nis op de straathoek staat een recent aangebracht terracotta Mariabeeld.

De latere 17de-eeuwse trapgevels hebben een bekronend fronton, zoals die van De Swarte Sleutel (Vughterstraat 277) en Vughterstraat 104-108. Van de laatstgenoemde panden stamt nummer 104, blijkens de datering in het fronton, uit 1662. Bij een restauratie omstreeks 1921 heeft men de kruisvensters gereconstrueerd en een nieuwe onderpui aangebracht. Links en iets meer naar achteren liggend naast dit pand staat een overbouwde poort met lijstgevel. De gelijktijdig gebouwde gevels van de nummers 106 en 108 dateren uit 1669 dat jaartal is nog net zichtbaar op de natuursteenblokjes van de ovale nis in een van de geveltoppen. Ze hebben 19de-eeuwse onderpuien en vensters met wisseldorpelklosjes.

In het midden van de 17de eeuw kwam de halsgevel in zwang. Een overgangsvorm tussen trap- en halsgevel is die uit 1634 van het huis De Gulde Steur (Visstraat 46). De top is versierd met waterlijsten, klauwstukken, fronton en gevelsteen met jaartal. De onderpui is gereconstrueerd en de gevel vertoont duidelijke sporen van een weggekapte 19de-eeuwse blokbepleistering. Het pand achter de gevel is ouder en heeft een kapconstructie uit de eerste helft van de 16de eeuw. Het hoekpand Oliemolen 1 in 1898 als kopie gebouwd van een uit 1638 daterend pand op dezelfde plaats laat aan de Brede Haven ook een overgangsvorm tussen trap- en halsgevel zien.

Postelstraat 38-40 heeft een verhoogde halsgevel uit omstreeks 1660, waarvan de top is versierd met een guirlande, klauwstukken en een afsluitend fronton. Aan weerszijden van het zoldervenster bevindt zich een terracotta kop van een krijgsman, omgeven door een bladerkrans. De blokbepleistering is later op de gevel aangebracht en ook de vensters en de pui zijn later vernieuwd. De uit 1661 daterende gevel van Visstraat 6 is met gestapelde pilasters geleed. De kapitelen zijn versierd met een eierlijst. De zolderverdieping heeft in het midden een later aangebracht venster; hier is de middenpilaster vervangen door een console onder de bovenste waterlijst. In de huidige pui zijn mogelijk nog 17de-eeuwse onderdelen verwerkt.

De halsgevel van het huis De Put (Tweede Korenstraatje 18), in het gebogen fronton gedateerd op 1671, heeft pilasters in de kolossale orde. De gevel werd opgetrokken voor een ouder, ingrijpend verbouwd pand. In het tweede kwart van de 19de eeuw heeft men het geveldeel van de begane grond in aangepaste stijl bijgebouwd, om een al dan niet oorspronkelijke houten pui te vervangen. Bij een restauratie in 1941, naar plannen van J. Kaiser, zijn schuiframen met 18de-eeuwse roedenverdeling aangebracht. Een gevelsteen toont twee vrouwen bij een put.

Het pand is nog eens gerestaureerd in 1985. Vergelijkbaar is de halsgevel van De Meermin (Vughterstraat 75) uit 1677, opgetrokken voor een in dat jaar ingrijpend verbouwd laat-middeleeuws huis. Het interieur en de voorgevel ondergingen wijzigingen in de 19de eeuw. In 1983 heeft men de voorgevel vrijwel geheel herbouwd; daarbij maakte men gebruik van de oude natuurstenen onderdelen en de grotendeels bewaard gebleven kruisvensters van de zolderverdieping. Een 20ste-eeuwse winkelpui werd vervangen.

Het huis De Ganzenpoort (Hinthamerstraat 164), gebouwd in opdracht van Johan Gans, heeft een brede classicistische lijstgevel uit circa 1645. Tussen de vensters zijn guirlandes aangebracht. De deuromlijsting met bovenlicht, de ramen met waaierzwikken en de kroonlijst op klossen zijn vroeg-19de-eeuwse wijzigingen. Ter plaatse van de deur was vroeger een poortdoorgang naar het achtererf. Het smalle pandje De Schietspijp (Schapenmarkt 2) kreeg in 1670 een nieuwe classicistische voorgevel naar ontwerp van Pieter Minne, nadat de oude gevel bij de verbouwing van het stadhuis zwaar was beschadigd.