Gepubliceerd op 02-01-2020

Meerssen

betekenis & definitie

Dorp, ontstaan in de vroege middeleeuwen in het dal van de Geul. In het mogelijk als Romeinse nederzetting ontstane Meerssen werd in 870 op de koningspalts ter plaatse het Verdrag van Meerssen gesloten, waarbij het gebied van Lotharius II († 869) werd verdeeld tussen Karel de Kale en Lodewijk de Duitser.

Koningin Gerberga schonk Meerssen in 968 aan de St.-Remigiusabdij te Reims die er een benedictijner proosdij van maakte. De heer van Valkenburg werd voogd over dit kerkelijk bezit; het ging uiteindelijk tot het Land van Valkenburg behoren.

Door een sacramentswonder in 1222 werd Meerssen een pelgrimsoord ter ere van het Heilig Sacrament. Van 1661 tot 1795 was Meerssen Staats gebied.

De oude proosdij werd rond 1804 afgebroken. Ten zuiden van de kerk werd 1846-'53 de spoorlijn Maastricht-Aken aangelegd.

Ten noorden daarvan ontwikkelde zich een wegdorp. Na de Tweede Wereldoorlog is Meerssen uitgebreid tegen de zuidflank van het plateau van Schimmert.