Monumenten in Nederland: Gelderland

Sabine Broekhoven, Chris Kolman, Ben Olde Meierink, Ronald Stenvert en Marc Tenten (2000)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Woonhuizen in Harderwijk

betekenis & definitie

In de binnenstad staan voornamelijk diepe huizen, waarvan verschillende met een oude kern achter een jongere voorgevel. Voor zover bekend dateren de oudste huizen in de stad uit de 15de eeuw.

Het pand Donkerstraat 26 is een waarschijnlijk 15de-eeuws diep huis met onderkelderd achterhuis. De laat-gotische trapgevel is voorzien van pinakels en heeft klooster- en kruisvensters.

Het interieur bevat een samengestelde balklaag met een 17de-eeuwse florale beschildering.Eveneens 15de-eeuws is het diepe, drielaags huis Donkerstraat 37. De brede, gerestaureerde voorgevel heeft onder meer een spitsboogvenster en een gotisch kruisvenster. Het drielaags pand Grote Marktstraat 4-6 bezit een trapgevel met ezelsruggen. De gepleisterde gevels hebben een vroeg-19de-eeuws karakter. Het L-vormige huis Donkerstraat 34 is waarschijnlijk ook 15de-eeuws. Achter de gepleisterde lijstgevel bezit het diepe huis Donkerstraat 39 een waarschijnlijk 16de-eeuwse kern.

Het begin 17de eeuw waarschijnlijk ter plaatse van een steeg gebouwde pand Donkerstraat 28 heeft een trapgevel met toppilaster. De gevel van Grote Marktstraat 49 dateert uit 1638, die van Hoogstraat 17 uit 1655.

In de 18de eeuw werden veel huizen aan de Donkerstraat en de Bruggestraat geheel of gedeeltelijk verbouwd tot herenhuizen. Het monumentale herenhuis Bruggestraat 49 heeft een laatmiddeleeuwse oorsprong. Het dwarse voorhuis werd in 1712 verbouwd in opdracht van Anthony van Westerfelt en kreeg een statige lijstgevel met geblokte hoekpilasters en een middendeel met pronkrisaliet in Lodewijk XIV-stijl. De linker voorkamer heeft een panoramisch behang met Zwitserse landschappen uit 1814, afkomstig van de firma Zuber te Rixheim (F.). De noordelijke van de twee haaks op het voorhuis aansluitende achtervleugels bezit een lager achterhuis met een 16de-eeuwse achtergevel voorzien van vlechtingen. Achter het pand staat een 18de-eeuwse tuinkoepel.

Het complex is in 1961-'62 gerestaureerd en dient sinds 1984 als kantongerecht. Donkerstraat 40 heeft een deuromlijsting met Lodewijk XIV-consoles uit het tweede kwart van de 18de eeuw. Het zeer statige, dwarse herenhuis Donkerstraat 44-46 heeft een voorgevel met een rijk versierde middentravee in rococo-snijwerk met de wapens van Reinder de Wolff van Westerrode en Johanna Wolfsen gedateerd 1763. Andere voorbeelden van herenhuizen in Lodewijk XV-vormen zijn: Bruggestraat 19, Bruggestraat 35, Smeepoortstraat 35, Vismarkt 55 (uit 1757 maar grotendeels verbouwd in 1875) en Donkerstraat 29; het laatste huis heeft een laat-middeleeuwse kern en een 17de-eeuws achterhuis. Het rond 1785 in opdracht van Heribert van Westerfelt gebouwde blokvormige herenhuis Donkerstraat 4 bezit een lijstgevel in Lodewijk XVI-stijl, met geblokte natuurstenen hoekpilasters en een gepleisterd middenrisaliet met een rijk gesneden ingangsomlijsting. In dezelfde stijl zijn in het interieur de trap en de wanden en het plafond van de tuinkamer uitgevoerd.

Het gebouw is momenteel in gebruik als Veluws Museum en herbergt onder meer de fraaie barokke katheder van de Harderwijkse Academie uit circa 1675. Andere laat-18de-eeuwse herenhuizen zijn Kerkstraat 16 en Donkerstraat 27.

Uit het begin van de 19de eeuw stammen de herenhuizen Kerkplein 8, met empire-elementen, en Bruggestraat 23-27. Neogotische vormen vertonen het midden-19de-eeuwse gepleisterde dwarse pand Kerkstraat 22 en het hoekhuis Kerkplein 12 uit dezelfde tijd; beide hebben spitsboogvensters en een bakstenen boogfries. Een goed voorbeeld van een herenhuis in eclectische vormen is Schoenmakersteeg 1 uit circa 1865. De rond 1905 gebouwde dubbele villa Vijhestraat 11-13 vertoont rationalistische elementen. Een vakwerkdetaillering bezit Villa Frisia (Friesegracht 75), gebouwd in 1906 naar ontwerp van D. Kok.

De deels eenlaagse, deels tweelaagse villa heeft een hoektoren met tentdak. De villa's Stationslaan 12-16 hebben vakwerk-topgevels. Ze zijn in 1913-'14 gebouwd in opdracht van de Harderwijker Bouwmaatschappij, naar ontwerp van de directeur-architect L.A. van Essen. Dezelfde maatschappij liet in 1911 de huizen Oranjelaan 9-13 bouwen, ook naar ontwerp van Van Essen. In de jaren twintig kwamen de herenhuizen Stationslaan 13-27, 41-49 en 61-113 tot stand naar plannen van de latere directeur-architect P.H. van Lonkhuyzen. Hij ontwierp in die functie ook het dienstwoningencomplex tussen de Mauritslaan en de Frederik Hendriklaan, bestaande uit rug-aan-rug geplaatste blokken beneden- en bovenwoningen voor onderofficieren. De arbeiderswoningen Kuipwal 1-21 zijn in 1915 gebouwd door de woningbouwvereniging Volkswelvaart, naar plannen van H.J. van Lonkhuyzen.