Monumenten in Nederland: Gelderland

Sabine Broekhoven, Chris Kolman, Ben Olde Meierink, Ronald Stenvert en Marc Tenten (2000)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Woonhuizen in Doesburg

betekenis & definitie

Er zijn een opvallend veel oude huizen in Doesburg bewaard gebleven, al zijn ze veelal in later tijden verbouwd, van topgevels ontdaan of ingrijpend gerestaureerd. Tot de oudste behoort 't huys Optenoort (Meipoortstraat 59), een midden-15de-eeuws diep huis.

Begin 16de eeuw werd het vergroot en van een insteek en een nieuwe kap voorzien. Toen zal ook aan de achterzijde de trapgevel met ezelsruggen zijn gebouwd; die aan de voorzijde is bij een restauratie in 1963 gereconstrueerd. De grote laat-middeleeuwse panden zijn overwegend dwarse huizen met zadeldaken tussen trapgevels voorzien van ezelsruggen. Bij de rijkere voorbeelden wordt de voorgevel geleed door korfboognissen, waarin de vensters zijn opgenomen zoals bij de in de eerste helft van de 16de gebouwde voorm. herberg De Pauw (Koepoortstraat 26), gerestaureerd in 1955, en Huize Pniël (Veerpoortstraat 31), gerestaureerd in 1969. Ook op andere plaatsen komen korfboognissen voor, bijvoorbeeld in de voorgevel van het diepe pand Koepoortstraat 12 en in de lange zijgevel van Huis de Lomberd (Veerpoortstraat 22). Van het laatste type met korfbogen in de zijgevel zijn er oorspronkelijk meer geweest. Gevels uit dezelfde tijd zonder korfbogen hebben de huizen Bergstraat 67-69, Kerkstraat 2, Ooipoortstraat 15, Kosterstraat 9 en het iets jongere huis Koetsveldstraat 11-15.

Het diepe huis Gasthuisstraat 3 heeft een vroeg-16de-eeuwse kapconstructie, moerbalken met gotische peerkraalconsoles en een midden-16de-eeuwse traptoren. Andere panden met een 16de-eeuwse kern zijn Gasthuisstraat 1, Koetsveldstraat 9, Kloosterstraat 22, het Fraterhuis (Paardenmarkt 12-14), Huis Deventer (Veerpoortstraat 11), De Oude Smidse (Veerpoortstraat 5) een illustratief voorbeeld van de restauratieopvatting waarbij alle bouwsporen in het zicht zijn gelaten - en de dwarse eenlaagspanden Hof van Wisch (Paardenmarkt 22-24) en Paardenmarkt 16-20. Het in de kern laat-16de-eeuwse Huis Schoonhoven (Meipoortstraat 32) is een dwars hoekhuis met een zijgevel met maniëristische in- en uitgezwenkte geveltop met overhoekse pinakels. Een vergelijkbare, maar gezien de vlakke pinakels (pilasters) rond 1600 stammende gevel, heeft het laatmiddeleeuwse huis Gasthuisstraat 20.

Uit het begin van de 17de eeuw dateren de diepe huizen Koepoortstraat 6 (1607) en Bergstraat 43 (1611), die later hun geveltop hebben verloren, en Veerpoortstraat 19 en Bergstraat 17, die zijn voorzien van een gezwenkte geveltop. Trapgevels uit die tijd hebben: Bergstraat 40 (1611), Kerkstraat 9, Meipoortstraat 39 en Meipoortstraat 41-43 (1623). Het huis Per angusta ad augusta (Kosterstraat 19) bestaat uit een 16de-eeuws achtervleugel, een haakse tussenvleugel en een rond 1640 nieuw aan de straat gebouwde vleugel. De laatste is omstreeks 1875 verbouwd. Het rijkste voorbeeld van 17de-eeuwse huizenbouw vormen de Baerkenhuizen (Koepoortstraat 29-31), twee diepe huizen uit 1649 met trapgevels voorzien van klauwstukken. De kwabmotieven van de klauwstukken en het toegangspoortje zijn laat-maniëristisch van vorm en verwant aan het werk dat Emond Hellenraet in Zutphen uitvoerde.

Vooral in de 18de-eeuw kregen in opzet oudere panden een nieuwe voorgevel. Van een tuitgevel voorzag men het diepe pand Roggestraat 5 en van lijstgevels de diepe huizen Ph. Gastelaarsstraat 7 (Lodewijk XV-consoles), Koepoortstraat 20, 35 en 37. Het huis Kloosterstraat 5 heeft een deur in Lodewijk XIV-vormen. In de late 18de eeuw in empire-vormen verbouwd zijn de huizen Ph. Gastelaarsstraat 15, Koepoortstraat 39, Kosterstraat 35 en Gasthuisstraat 10-12 met een voor die tijd karakteristieke erker - en de eenlaagspanden Ph.

Gastelaarsstraat 9 en De Rode Leeuw (Kosterstraat 25). Begin 19de-eeuw ontstonden eveneens enkele panden in empire-vormen, met deuromlijstingen in ionische vormen, zoals Ph. Gastelaarsstraat 19, Ph. Gastelaarsstraat 21 en Koepoortstraat 46. Het in dezelfde tijd gebouwde statige herenhuis Koepoortstraat 44 heeft van 1891 tot 1933 als kantongerecht dienst gedaan. Voorbeelden van vroeg-19de-eeuwse dwarse eenlaagspanden zijn Nieuwstraat 1 , 9 en 5-7; achter de laatste bevindt zich een muurrestant van het rond 1422 gestichte en in 1586 verwoeste klooster St.

Catharina op den Berg (Kleine Convent). In de minder dicht bebouwde delen van de binnenstad bevonden zich vanouds stadsboerderijen. Deze zijn veelal in de 19de eeuw verbouwd, zoals Herenstraat 19, die in 1805 een nieuwe gevel kreeg evenals Paardenmarkt 6 rond 1887. De boerderij Nieuwstraat 13-15 is vroeg-19de-eeuws.

In de tweede helft van de 19de eeuw bouwde men in de binnenstad forse herenhuizen in neoclassicistische vormen, zoals Koepoortstraat 40 (1871) en Koepoortstraat 48-50 (circa 1870), of in eclectische vormen, zoals Kerkstraat 21 (circa 1875) en Koepoortstraat 42 (circa 1875). Grote herenhuizen bouwde men vooral ook aan de randen van de binnenstad. Hier werd overwegend in neoclassicistische stijl gebouwd; Het Hoge Huis (Ooipoort 15) dateert uit 1855 en de huizen Koepoortstraat 42, Korte Veerpoortstraat 5 en Paardenmarkt 8 kwamen rond 1860 tot stand. In sobere neoclassicistische vormen liet J.W. Doyer in 1862 de herenhuizen Burg. Flugi van Aspermontlaan 6-8 bouwen.

Meer uitgesproken van vorm is het uit circa 1870 stammende herenhuis Veerpoortwal 1. De laat-19de- en de 20ste-eeuwse bouwkunst is in Doesburg spaarzaam vertegenwoordigd. De oude huizen Koepoortstraat 14 en 28 kregen tussen 1905 en 1910 nieuwe voorgevels. Geheel nieuw verrees Veerpoortstraat 35 rond 1908 met chalet- en jugendstil-elementen. J.C.M. Hoijinck liet in 1911 op de hoek van Bergstraat en Boekholtstraat een blokje woningen bouwen met een in die tijd opvallend plat dak.