Monumenten in Nederland: Gelderland

Sabine Broekhoven, Chris Kolman, Ben Olde Meierink, Ronald Stenvert en Marc Tenten (2000)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Kasteel Middachten in De Steeg

betekenis & definitie

(Landgoed 3) is een vrijwel vierkant bouwwerk in strak classicistische vormen. Het kasteel wordt in 1315 voor het eerst genoemd.

De oudste bouwdelen gaan terug tot 1354-'57 toen Hendrik van Middachten een omgrachte en onderkelderde vierkante donjon liet bouwen met twee haakse vleugels aan een binnenplaats.Verder liet hij een forse voorburcht aanleggen. Na vernielingen in 1624 en 1629 volgde herstel in 1643. De huidige vorm kreeg het kasteel bij een ingrijpende verbouwing en vergroting in 1694-'97 in opdracht van Godard van Reede-Ginkel, graaf van Athlone, en zijn vrouw Ursula Philippota van Raesfelt. Naar plannen van Jacob Roman - en met Steven Vennecool als uitvoerend architect werd het kasteel aan beide zijden vergroot met een uitbouw en kreeg de zuidzijde een smalle uitbouw. Aan de voorzijde verrees een nieuw middenrisaliet met een grotendeels in zandsteen uitgevoerde pronkgevel, vervaardigd door steenhouwer Jan Schrader uit Gildehaus. Onder de boogvormig verhoogde kroonlijst bevindt zich het alliantiewapen van de opdrachtgevers.

De gevel heeft strak classicistische vormen en is voorzien van decoraties in Lodewijk XIV-stijl. De door siervazen in Lodewijk XIV-stijl geflankeerde brug dateert ook van deze bouwfase. Het kasteel is in 1968-'71 gerestaureerd.

Het interieur bevat nog veel onderdelen uit de late 17de eeuw, met als belangrijkste element de op de vroegere binnenplaats gebouwde, rijk gesneden, dubbele gezwenkte trap. Op de verdieping bevindt zich hier een galerij met door balustraden afgesloten boogopeningen. Het trappenhuis heeft een in Lodewijk XIV-stijl gestuct plafond met lichtkoepel, gemaakt door onder anderen Francesco Orsolino en Jacob Husly. In de diverse vertrekken bevinden zich nog rijk gesneden schouwen en stucwerkplafonds. Bij de voorburcht zijn de oorspronkelijke hoek- en poorttorens in de 17de eeuw verdwenen. Het oostelijke bouwhuis heeft men blijkens een gevelsteen in 1572 herbouwd; het gebouw is voorzien van schoudergevels.

Het westelijke bouwhuis kreeg zijn huidige aanzien bij een vergroting tussen 1652 en 1686. Tot het complex behoren nog enkele bijgebouwen. De voorm. rentmeesterwoning (Landgoed 1) is een laat-17de-eeuws L-vormig eenlaagspand. De uit 1897 daterende rentmeesterswoning (Smidsallee 18) is uitgevoerd in cottage-stijl naar plannen van de Engelse architect W.S. Weatherly. Het smederijcomplex (Hoofdstraat 136), voorzien van pseudomaniëristische schoudergevels, kwam in 1910 tot stand naar ontwerp van G.J. Uiterwijk.

De stallen (Landgoed 2) zijn in 1914 gebouwd op een U-vormige plattegrond; de binnenplaats wordt aan de voorzijde door een muur afgesloten. De parkaanleg stamt uit het eerste kwart van de 18de eeuw en heeft nog kenmerken van de oorspronkelijke geometrische aanleg. In die tijd is ook de ‘Middachter Allee’ tussen De Steeg en Ellecom aangelegd; na de Tweede Wereldoorlog is de allee opnieuw ingeplant. Vooral de noordzijde van het park heeft men eind 18de eeuw in landschappelijke stijl omgevormd. Dat deel kreeg in 1908, naar plannen van R.E. André, weer een meer formele aanleg met behoud van landschappelijke kenmerken.

H.A.C. Poortman ontwierp de vanaf 1901 rondom het huis weer aangelegde formele tuin, die in 1926 werd uitgebreid met een tweede rosarium. De tuin bevat een openluchttheater en een oranjerie (circa 1820).