Monumenten in Nederland: Gelderland

Sabine Broekhoven, Chris Kolman, Ben Olde Meierink, Ronald Stenvert en Marc Tenten (2000)

Gepubliceerd op 02-01-2020

De (Herv.) St.-Nicolaaskerk in Elburg

betekenis & definitie

(Zuiderkerkstraat 1) is een rijzige, laat-gotische, pseudobasilicale kruiskerk met driezijdig gesloten koor en een forse toren van vier geledingen met vlakke afdekking. Met de bouw werd waarschijnlijk begonnen kort nadat de bisschop van Utrecht hiertoe toestemming had gegeven (1397).

In de tweede helft van de 15de eeuw werd de in 1448 reeds bouwvallige kerk in drie fasen ingrijpend hersteld en uitgebreid. Eerst werden de toren en het koor vernieuwd, vervolgens het schip. Tenslotte bouwde men de transepten en de sacristie. De consistorie dateert uit 1819. De torenspits heeft men na een brand in 1693 niet herbouwd. In de toren hangen twee kerkklokken: één uit 1694 (Jac.

Knuisen) en één uit 1770 (J. Borchhardt). De toren is in 1963-'68 gerestaureerd, de kerk in 1971-'76.

Het interieur wordt gedekt door kruisribgewelven; slechts een travee van het middenschip bezit een netgewelf. De gewelven van het middenschip zijn beschilderd met afbeeldingen van het Laatste Oordeel (tweede helft 15de eeuw). Tot de inventaris behoren een eiken koorhek met koperen spijlen (tweede kwart 16de eeuw; gewijzigd in 1808), twee koorbanken met 16de-eeuwse briefpanelen, marmeren grafmonumenten in Lodewijk XIV-stijl voor Maria Catherina Feith (†1740) en Maria Herms Courage (†1773), enkele grafzerken, waaronder die van Wilhelm Lobe (†1750), een preekstoel (1776), een dooptuin (1795) en een door G.H. Quellhorst gebouwd orgel met neobarokke kast (1825).