Monumenten in Nederland: Gelderland

Sabine Broekhoven, Chris Kolman, Ben Olde Meierink, Ronald Stenvert en Marc Tenten (2000)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Bruggen en viaducten in Arnhem

betekenis & definitie

De omstreeks 1852 ten noorden van de binnenstad aangelegde, verhoogde spoorbaan naar Duitsland kreeg viaducten of ‘poorten’ bij de uitvalswegen: Zijpsepoort, Apeldoornsepoort, Hommelsepoort en Velperpoort. Vanaf 1909 werden deze poorten verbreed.

Het best bewaard is de Apeldoornsepoort , verbreed in 1910-'12 naar ontwerp van Haitsma Mulier voor de Maatschappij tot Exploitatie van de Staatsspoorwegen. Over de vanuit park Sonsbeek via de De la Reijstraat door de Transvaalbuurt geleide Jansbeek werden in 1908 enkele kleine bruggen aangelegd. Van deze bruggen met smeedijzeren hekwerken en lantaarns in jugendstil-vormen resteren nog twee brugdelen. Over de door zandafgraving ontstane Cattepoelseweg zijn naar plannen van Gemeentewerken betonnen viaducten gebouwd voor de Schelmseweg (1922-'23) en voor de Apeldoornseweg (1928). Bij die laatste ontworpen door J.P. van Muijlwijk worden de landhoofden bekroond door uitzichtpaviljoens voor wandelaars. De huidige John Frostbrug (Nijmeegseweg ong.)

over de Rijn is de in 1949 voltooide herbouw van de in 1945 opgeblazen boogbrug uit 1932-'35. Die brug was van cruciale betekenis bij de operatie Market Garden in september 1944. De huidige naam verwijst naar de Britse luitenant-kolonel die de leiding had bij de vergeefse verdediging van dit belangrijke bruggehoofd.