Gepubliceerd op 02-01-2020

Hoogeveen

betekenis & definitie

Veenkoloniaal kanaaldorp met stedelijk karakter, ontstaan nadat Roelof van Echten in 1625 van de markegenoten van Steenbergen en Ten Arlo de Echter Groote Veenen had gekocht. Voor de ontginning van dit veengebied liet hij in 1626-'27 vanaf Meppel de Hoogeveensche Vaart graven, daarbij gebruik makend van de oude loop van de Wetering en het Echtenerdiep.

De ontginning werd georganiseerd door de in 1631 door Van Echten met enkele Hollandse regenten opgerichte Compagnie van Vijfduizend Morgen. Bij de kruising (‘Het Kruis’) van de Hoogeveensche Vaart (Schutstraat-Het Haagje) met de eerste wijk of gracht in noordelijke richting (Hoofdstraat) en de daarop vanaf circa 1656 aansluitende Zuidwolderopgaande (Alteveerstraat) vestigden zich de eerste kolonisten.Hoogeveen werd in 1813 een zelfstandige gemeente en groeide vervolgens sterk uit. Er ontwikkelde zich een dichtbebouwd dorpscentrum met bebouwing tot aan de Noordsche Opgaande (Willemskade) en langs de Grote Kerkstraat en Van Echtenstraat, die de eerste doorbrekingen vormden van de lintbebouwing. Na de verbetering van de Hoogeveensche Vaart in 1851 en de aanleg van de Verlengde Hoogeveensche Vaart (1857-'60) nam naast de turfgraverij ook het belang van de scheepvaart en aanverwante bedrijvigheid toe. Ook de landbouw ging een grotere rol spelen. Aan de in 1870 aangelegde spoorlijn Meppel-Groningen kreeg Hoogeveen een station even ten noorden van de dorpskern. Na 1900 verbeterde men de wegen in de omgeving. De vooral op de agrarische sector gerichte industrie te Hoogeveen werd vanaf circa 1920 van belang.

In het gebied tussen de Willemskade en de Grote Kerkstraat liet de Bouwvereniging Hoogeveen tussen 1914 en 1920 de Oranjebuurt bouwen naar een stedenbouwkundig plan van gemeentearchitect J. Carmiggelt. Het in 1926 door bureau Granpré Molière, Verhagen & Kok gemaakte schetsplan voor de uitbreiding van Hoogeveen werd niet uitgevoerd, maar vormde wel de basis voor het uitbreidingsplan van 1935, met name wat betreft de geconcentreerde bebouwingsvorm en de verbetering van het wegenen stratenpatroon. Na de Tweede Wereldoorlog is Hoogeveen sterk gegroeid en verstedelijkt. Aan de noordoostzijde is een industrieterrein aangelegd en aan alle zijden zijn nieuwe woonwijken tot stand gekomen. Bijna alle kanalen en vaarten zijn inmiddels gedempt en de Hoogeveensche Vaart is langs de zuidzijde van Hoogeveen omgelegd.