Gepubliceerd op 22-06-2017

Veiligheid

betekenis & definitie

Kinderen durven alles.

Kinderen geven over het algemeen wel aan waar ze aan toe zijn en ook waar ze nog niet aan toe zijn. Als een kind iets van je vraagt wat hij voor het eerst alleen wil doen, ga dan eerst even na of hij dat misschien inderdaad wel zou kunnen en laat hem dan gaan.

Maar wees voorzichtig met te veel van je kind vragen, want dat kan een kind angstig maken. Een vader vroeg zijn zesjarige zoon alleen naar de snackbar om de hoek te gaan om patat te halen. Zoon vond dat helemaal niet leuk, terwijl vader het zag als een bewijs van vertrouwen in zijn zoon, die dat vast al heel goed kon. Het jongetje zag het als een gebrek aan belangstelling en luiheid van zijn vader om mee te gaan en het gaf hem geen veilig gevoel om opeens alleen te moeten gaan. Hij vond het veel gezelliger om dat samen met papa te doen en hij ging nooit zo laat op straat in zijn eentje.

Je kunt een kind goed uitleggen wat wel en niet veilig is. Veilig gedrag aanleren duurt jaren. Wen een kind langzaam aan de situaties waar hij mee te maken krijgt. Leer hem op een dag hoe je veilig een lucifer kunt aansteken als dat nodig is. Laat bijvoorbeeld een kind van dertien, of op een leeftijd waarvan je denkt dat hij eraan toe is, alvast in een eigen tentje kamperen, vlak bij je eigen tent of caravan. Op een dag kan hij dat met vrienden alleen.

Dat geldt ook voor het leren omgaan met het openbaar vervoer. Oefen uitgebreid van tevoren. Leer je kind hoe het gaat met bus- sen en treinen, waar je moet instappen en uitstappen, waar je kunt lezen hoe laat ze vertrekken en waar je eventueel moet overstappen, waar je kaartjes kunt kopen of hoe je moet omgaan met de strippenkaart. Dat weten kinderen niet uit zichzelf, al denken sommige ouders van wel. Leer je kind ook wat hij moet doen als de bus of trein niet komt of als hij hem heeft gemist. Jou opbellen bijvoorbeeld, als dat kan, om te overleggen wat de beste oplossing is. Een gsm is wat dat betreft geen luxe.

Zorg dat een kind altijd wat geld op zak heeft om zich te kunnen redden als er iets tegenzit onderweg. Als er treinen of bus- sen uitvallen of als je veel langer moet wachten is het fijn als je een broodje of wat te drinken kunt kopen.

Tips voor een veilige opvoeding:

1 Volg de ontwikkeling van je kind nauwgezet om te weten wat hij wel en niet kan, want dan pas kun je hem goed beschermen.
2 Ga je huis en omgeving na met de ogen van een kind en kijk wat aantrekkelijk voor kinderen is en wat gevaarlijk kan zijn.
3 Bedenk ook goed wat in je eigen jeugd gevaren opleverde en vraag dat ook aan de mensen om je heen.
4 Houd rekening met de aard van je kind. Is je kind een rustig kind of behoort je kind tot de uitslovers en risiconemers?
5 Bedenk ook dat elke leeftijd zijn eigen gevaren meebrengt. Geef je een jongere van zestien een bromfiets, dan loopt hij of zij meer risico in het verkeer dan wanneer hij fietst, en dan is het nodig om nog eens goed over zo veilig mogelijk rijden te praten en nog eens extra te wijzen op het nut van de verkeersregels.
6 Krijgt je kind belangstelling voor kinderen van het andere geslacht, dan is het voor de veiligheid nodig om met hem of haar te praten over veilig vrijen. Bij baby's kun je je inspanning beter richten op een veiligheidsonderzoek naar buggy's, kinderledikanten, veilig speelgoed en veilig slapen in verband met wiegendood. Een zesjarige kun je daarentegen weer beter leren hoe hij of zij veilig van en naar school kan lopen. Begint je kind met lopen, breng dan veiligheidssloten aan, zorg ervoor dat hij niet van de trap kan vallen, houd er rekening mee dat zijn bewegingsvrijheid is toegenomen.
7 Houd je huis overzichtelijk. Hoe minder rommel er ligt, hoe kleiner de kans dat er iemand over struikelt. Zorg dat een kind niet met vuur en elektra in contact kan komen.

Als je een kind krijgt kun je niet op een woonboot blijven wonen. Als kinderen op een binnenvaartschip wonen, op een woonboot of op de achtste verdieping van een galerijflat, moeten er altijd veiligheidsmaatregelen worden getroffen om kleine kinderen te beschermen. Je hoeft niet altijd te verhuizen. Dit geldt natuurlijk ook voor kinderen die op een boerderij wonen met tractoren die af en aan rijden of in een huis met sloten eromheen.

Elke leeftijd kent zijn eigen gevaren. Een baby kan zich heel snel ontwikkelen en kan misschien opeens ergens naartoe kruipen of rollen voordat je er erg in hebt. Op een woonboot kan dat gevaarlijk zijn. Het is op te lossen door hekjes te maken op plaatsen waar een kind bij het water kan komen.

Kinderen zijn in hun tweede jaar zo sterk bezig de wereld om hen heen te ontdekken, dat bijna niets veilig voor ze is. Ze hebben bovendien een ontembare energie en begrijpen nog heel weinig en ze hebben nog maar een kort geheugen. Onthouden wat gevaarlijk is kunnen ze nog niet. Je moet ze goed in de gaten houden, ook in een gewoon woonhuis.

Peuters zijn ook heel ondernemend en kunnen heel gemakkelijk aan de aandacht van ouders ontsnappen. Bovendien denken ouders soms dat kinderen heel goed weten dat ze niet op het balkon mogen klimmen of bij het water mogen komen, dus dat ze het daarom niet zullen doen. Helaas kan een peuter nog maar kort iets onthouden en zal hij als hij door iets spannends wordt afgeleid het verbod algauw vergeten. Een kind dat een kikkertje in het water ziet springen, zal algauw sterk voorover gaan hellen om het springende kikkertje in de sloot te kunnen volgen. Grote kans dat hij dan toch in de sloot terecht zal komen.

Maar ook kleuters die al veel begrijpen kunnen soms onverwacht vreemde capriolen uithalen, bijvoorbeeld een krukje pakken om beter over de balkonrand te kunnen kijken of proberen te vissen langs de waterkant. Met alle risico's van dien.

Met kinderen moetje steeds opnieuw bekijken welke gevaren op de loer liggen in en rondom huis. Kijk steeds opnieuw wat onveilig kan zijn op een bepaalde leeftijd of voor een bepaald kind.

Je kunt je kinderen op vakantie lekker hun gang laten gaan. In en rondom je eigen huis weetje meestal wel welke gevaren er voor je kind kunnen zijn. Ben je op vakantie, dan is de situatie heel anders en is je aandacht misschien iets minder omdat er veel meer mag.

Het beste is om eerst eens zonder je kind de omgeving bij je vakantieadres te gaan bekijken op gevaar voor kinderen. Let op gevaarlijke apparaten, water, wegen, bruggen enzovoort. Let ook op dieren in de buurt en auto's die ergens onverwacht vandaan kunnen komen. Ook op een camping kan van alles zijn wat voor een klein kind gevaar oplevert en juist omdat het nieuw is zijn interesse wekt. Houd hem goed in de gaten, vooral de eerste dagen, en leer waar hij je kan vinden als hij je kwijt is.

Geef je kind voor de zekerheid een naamplaatje, want strand en pretparken zijn vaak enorm druk. Voordat je het in de gaten hebt, is je peuter zoek. Probeer hem daarom geen seconde uit het oog te verliezen en geef hem iets herkenbaars aan, waardoor je hem eerder opmerkt als hij toch even is weggelopen. Je kunt op het strand een merkteken voor je peuter maken, zoals een vlaggetje op een stok in de grond naast de handdoek waarop je zit, zodat hij je gemakkelijk kan vinden. Hem zijn gang laten gaan in zo'n situatie zal zeker niet kunnen. Je moet de hele dag alert blijven, waar je ook bent, en zeker op het strand.