(< bak, kaak + Jidd. sjenajem, tanden < Hebr. sjinajiem, tanden), gebit: Toen hij met ze dronken toges wilde uithalen (bij ’t zingen), vloog z’n oorlogsgebitje meters ver tussen de vol bezette tafeltjes en hij maar roepen: ‘Me snajem, waar is godverdomme me baksnajem’, HARING ARIE3 34.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.