(lekwater), water dat een poreus systeem heeft doorstroomd. Meestal gebeurt dit onder invloed van de zwaartekracht, b.v. wanneer de bovenlaag van de bodem verzadigd raakt met water en er bij verdere toediening van vocht, b.v. als gevolg van neerslag, uitzakken of uitlekken naar beneden toe gaat optreden.
Een vloeistof kan ook opzettelijk door een poreus systeem worden geleid, b.v. door harskolommen of ionenwisselaars; in dat geval is de percolatie niet noodzakelijkerwijze neerwaarts. In gebieden met een neerslagoverschot ontstaat vanzelf percolatiewater in de bodem of onder b.v. afvalhopen en vuilstortplaatsen. Dit percolatiewater stroomt dan naar het grondwater en wordt op die manier afgevoerd.Het percolatiewater neemt vaak stoffen op uit het doorstroomde systeem; meestal zijn dat opgeloste stoffen, soms colloïdale deeltjes. Soms is het de bedoeling dat dergelijke stoffen worden meegenomen, zoals bij het doorspoelen van zoute gronden om de geaccumuleerde oplosbare zouten uit de bovengrond te verwijderen. Het percolatiewater van vuilstortplaatsen heeft vaak een ongunstige samenstelling, doordat het organische verbindingen en zware metalen bevat. Dit percolatiewater kan dan aanleiding geven tot verontreiniging van het grondwater. Men kan dit voorkomen door het percolatiewater te zuiveren, maar dit vereist dat er voor de inrichting van de stortplaats een afdichtende laag en een opvangsysteem worden aangebracht. Het ontstaan van lekwater onder vuilstortplaatsen kan men ook tegengaan of beperken door aan de bovenzijde een ondoorlatende laag aan te brengen en/of deze met beplanting af te dekken om de verdamping te bevorderen.
