Woordenboek van medische eponiemen

T.Beijer en C.G.L.Apeldoorn (1998)

Gepubliceerd op 17-06-2020

Lancisi-strepen

betekenis & definitie

stria longitudinalis medialis corporis callosi. Deze in het mediaanvlak over het oppervlak van het corpus callosum (de balk van de hersenen, die de rechter met de linker hemisfeer verbindt) lopende longitudinale witte strepen zijn genoemd naar de Italiaanse arts en anatoom Giovanni Maria Lancisi (1654-1720).

Lancisi, aanvankelijk theologisch student, promoveerde op achttienjarige leeftijd in de geneeskunde aan het Collegio di Sapienza, de Romeinse universiteit. Na een assistentschap aan het Ospedale San Spirito te Rome doceerde hij vanaf 1684 anatomie, dertien jaar later gevolgd door een hoogleraarschap in de theoretische en praktische geneeskunde aan het Collegio di Sapienza.

Op verzoek van paus Clemens XI, wiens lijfarts hij was, verzorgde Lancisi in 1714 een uitgave van de kopergravures van de bekende Italiaanse anatoom Bartholomeo Eustachius (1520-’74). Onder de titel Tabulae Anatomicae Clarissimi Viri Bartholomaei Eustachii werden deze fraaie anatomische platen, die men al meer dan anderhalve eeuw in de pauselijke bibliotheek bewaarde, aan de vergetelheid ontrukt. Op anatomisch gebied verschenen in 1684 zijn Corporis humani Anatomica synopsis en zeven jaar later de Anatomia per uso ed intelligenza, beide te Rome (Eloy).

Lancisi was behalve een kundig anatoom een van de grootste clinici en epidemiologen van zijn tijd.

In de laatste hoedanigheid beschreef hij influenza en veepest. Ter bestrijding van de malaria, waarvan hij terecht dacht dat deze door muggen overgebracht werd, adviseerde hij drooglegging van de moerassen: De noxiis paludum effluviis, eorumque remediis (1717) (Lindeboom, 1993).

Nadat in 1705 Rome getroffen werd door een groot aantal plotselinge sterfgevallen, gaf Clemens XI Lancisi de opdracht hierover een boek te schrijven. Op meer dan voortreffelijke wijze kweet Lancisi zich van zijn taak. Twee jaar later verscheen zijn De subitaneis mortis (over de plotselinge dood) waarin hij opmerkte dat plotseling overlijden meestal aan een hartziekte te wijten is. In zijn in 1728 te Rome uitgegeven De mom cordis et aneurysmatibus (over de beweging van het hart en aneurysma’s) behandelt hij de pathologische anatomie van hartziekten, onderscheidt hij ware en valse aneurysmata (Lindeboom, 1993) en onderkent hij syfilis als oorzaak van het aneurysma van de aorta (Major).

Zijn bibliotheek, bestaande uit twaalfduizend werken, vermaakte hij ten behoeve van artsen en medische studenten aan het Ospedale San Spirito.