De organisatiestructuur, die van oudsher in militaire en kerkelijke organisaties te vinden is.
De karakteristieken zijn:
- eenvoudige, strakke verticale opzet;
- hiërarchie van bevoegdheden in rangorde van belangrijkheid;
- eenheid van bevel;
- de communicatie-opdrachten en informatie lopen via de verticale lijn.
De leiding houdt zich bezig met de grote lijnen, terwijl details gedelegeerd worden aan ondergeschikten.
Zie ook Organisatorische relaties/bevoegdheden.