Een roetfilter is een filter die aangebracht kan worden op een auto met een dieselmotor. Roetfilters vangen gemiddeld 30 tot meer dan 95% van het schadelijke roet op. Roetdeeltjes ontstaan door de onvolledige verbranding van dieselbrandstof. De kwaliteit van de brandstof heeft invloed op het ontstaan van roetdeeltjes.
Roetdeeltjes uit dieselauto’s vervuilen de lucht en zijn dus schadelijk voor het milieu. Deze deeltjes leveren een bijdrage aan de concentratie van fijn stof, ze zijn kleiner dan een duizendste millimeter.
Veel mensen zien een roetfilter als een soort zeef waar de uitlaatgassen door heen kunnen en de roetdeeltjes blijven liggen. Met name de kleinere deeltjes worden opgevangen omdat zij vastkleven aan de wanden van de poriën van het filtermateriaal. Daardoor zijn roetfilters ook voor de allerkleinste deeltjes effectief.
Een roetfilter wordt meestal zo dicht mogelijk bij de motor in het uitlaatsysteem gemonteerd. De deeltjes verzamelen zich dan in het filter. elke 200 tot 1000 kilometer worden de roetdeeltjes periodiek verband. Deze vorm van verbranding wordt ook wel regeneratie genoemd. Voor spontane verbranding is een temperatuur van ongeveer 600 graden Celsius nodig dat enkel bereikt kan worden bij een zeer hoge motorbelasting. Om bij lagere regeneratie tot verbranding te komen wordt de temperatuur van het uitlaatgas opgevoerd.
In Nederland werd, vanaf 2015, de aankoop van een dieselauto met een ultra lage roetuitstoot fiscaal gestimuleerd met een korting van 600 euro op Belasting van personenauto's en motorrijwielen (BPM). Hiermee was Nederland het eerste Europese land dat het gebruik van een roetfilter stimuleerde.
