Gepubliceerd op 29-06-2020

communisme

betekenis & definitie

Politieke stroming, die streeft naar een klasseloze maatschappij waarin het economisch kapitaal aan de samenleving als geheel toevalt. Het communisme is van nature sterk gekant tegen het koningschap.

Monarchieën worden in het communisme gezien als exponenten van de ‘oude’ politieke orde die gedoemd is te verdwijnen. Tussen de Nederlandse communisten en het Koninklijk Huis was tijdens en na de Tweede Wereldoorlog evenwel sprake van enige wederzijdse waardering.In 1909 splitsten verscheidene radicale socialisten en communisten zich af van de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) en vormden de SociaalDemocratische Partij (SDP). Deze werd in 1919 hernoemd tot Communistische Partij Holland (CPH) en later Communistische Partij van Nederland (CPN). Een van de communistische leiders van het eerste uur was David Wijnkoop, die zijn studie had verruild voor de politiek nadat hij ten gevolge van een artikel over de verloving tussen koningin Wilhelmina en prins Hendrik uit de redactie van het studentenblad Propria Cures werd gezet. De CPN van voor de oorlog was fel anti-monarchistisch. Dit bleek onder meer uit de reacties in de communistische pers op berichten over de zwangerschappen van Juliana en de geboorten van Beatrix en Irene. De berichtgeving hierover werd afgedaan als regeringspropaganda om het falend regeringsbeleid te verdoezelen.

Na de Duitse inval in 1941 trad de Sovjet-Unie toe tot het geallieerde kamp. Deze stap betekende dat de Nederlandse regering in ballingschap eindelijk overging tot erkenning van de Sovjet-Unie. Deze erkenning had koningin Wilhelmina na de moord door de bolsjewieken op de verwante tsarenfamilie in 1918 steeds weten tegen te houden. Relatief veel communisten speelden een vooraanstaande rol in het verzet, bijvoorbeeld bij de februaristaking in Amsterdam. Hierdoor verwierven zij enig krediet bij Wilhelmina, al behield zij altijd een kritische distantie tot het gedachtegoed en de uitwerking daarvan in de Sovjet-Unie. In een poging het verzet tegen de Duitsers te verenigen, zocht de CPN toenadering tot het oranjegezinde deel van de bevolking.

Een voorbeeld daarvan is de oproep in augustus 1941 van CPN-voorman Paul de Groot in het communistische dagblad De Waarheid aan zijn achterban om massaal met de oranjegezinden mee te demonstreren op de verjaardag van koningin Wilhelmina (31 augustus). Vanaf 1943 werd een tweetal vergeefse pogingen op touw gezet om leden van het communistisch verzet in contact te brengen met koningin Wilhelmina. Het initiatief hiertoe kwam van de vorstin. Na de bevrijding werd verzetstrijder Gerben Wagenaar eind mei 1945 op audiëntie bij Wilhelmina uitgenodigd om zijn visie te geven op de vorming van een nieuw kabinet. Voor de oorlog was geen enkele communistische politicus hiervoor uitgenodigd. Hij eiste vergeefs twee ministersposten. Op voorstel van de koningin werd Wagenaar een staffunctie bij prins Bernhard aangeboden, waarvan hij na aandringen van de partij afzag.

Onder de bevolking was de steun voor de CPN aanzienlijk gegroeid, wat bij de eerste naoorlogse verkiezingen leidde tot 10,6% van de stemmen. De partij zou dat niveau daarna nooit meer halen. Al snel na de oorlog werd duidelijk dat een nieuwe tegenstelling op de voorgrond begon te treden: het kapitalistische ‘vrije’ Westen tegenover de communistische staten. Groeperingen die onafhankelijk wilden blijven ten opzichte van beide kampen, zoals de Derde Weg-beweging, liepen het risico uitgemaakt te worden voor cryptocommunisten. In deze snel polariserende wereld van de Koude Oorlog bleek weinig ruimte meer te zijn voor toenadering tussen CPN en monarchie. Wat bleef was de waardering voor elkaars rol in de oorlog.

Diverse leden van het voormalige communistische verzet bleven contacten onderhouden met leden van het Koninklijk Huis, in het bijzonder met prins Bernhard. In de jaren ’50 voerden de communisten een overigens tamelijk eenzame politieke strijd tegen het koningshuis. De CPN wond zich als enige partij op over de contacten die prins Bernhard onderhield met industriëlen uit de Verenigde Staten en Latijns-Amerikaanse dictators. Naast weekblad De Haagse Post besteedde in Nederland alleen het communistische dagblad De Waarheid aandacht aan het bericht uit Der Spiegel over problemen rond het Nederlandse hof (bekend geworden als Greet Hofmans-affaire).

De CPN leed qua zetelaantal in de Tweede Kamer in de jaren ’60 en ’70 een kwakkelend bestaan. In 1986 verdween de partij zelfs geheel uit de Kamer. Na de val van de Berlijnse Muur in 1989 werd het communisme in Nederland nog verder in de marge gedrukt. In 1989 ging de CPN op in Groenlinks.