Lexicon van de Psychologie

N. Sillamy (1965)

Gepubliceerd op 22-02-2023

OPVOEDING

betekenis & definitie

de kunst om de verstandelijke, morele en lichamelijke eigenschappen van het kind tot ontwikkeling te brengen. Goede opvoeding probeert niet de aard van degene die men opvoedt te veranderen, maar deze te helpen zich harmonieus in zijn → milieu te ontplooien.

Opvoeding vereist kennis van de behoeften die het kind heeft, van de wetten die zijn lichamelijke en geestelijke groei bepalen, en is afhankelijk van het mensbeeld dat men nastreeft: in Sparta, een stadstaat met een militair karakter in het oude Griekenland, werden de kinderen onderworpen aan een ijzeren tucht ; in Engeland was niet zo lang geleden de ‘kattenmepper’ de schrik der jonge Engelsen. Ondanks de adviezen van belangrijke pedagogen (Montaigne, → Comenius), handhaafde de autoritaire opvoeding zich tot het begin van de 20e eeuw; slechts onder invloed van de werken van hedendaagse psychologen → Binet, → Claparède, → Dewey) verbreidde zich een beter aangepaste vorm van opvoeding. Deze vangt aan bij de geboorte van het kind, ja zelfs reeds eerder, met de opvoeding van de ouders. → Gezin, Identificatie, Imitatie, Karakter, Kerschensteiner, Leren, Locke, Masturbatie, Minderwaardigheidscomplex, Onevenwichtigheid, Rousseau, Verlegenheid, Wederzijdse opvoeding.