Lexicon Nederland en België

Liek Mulder (1994)

Gepubliceerd op 02-08-2017

Schot

betekenis & definitie

Schot (tallia), directe belasting in middeleeuwse steden, waarbij de burgers per hoofd naar vermogen werden aangeslagen. Het vermogen stond in het schotboek genoteerd.

Het te betalen bedrag werd bepaald door de schotzetters; de schotvangers zorgden voor de inning. Enkele groepen waren vrijgesteld van belasting: → poorters en → welgeboren mannen (edelen in Holland); daarnaast waren ook de geestelijke goederen vrij van belasting. Het schot werd aan het eind van de Middeleeuwen vervangen door andere vormen van belasting als → impost, → bede of → exue. De naam schot duidt op `schieten', dat wil zeggen het betalen door de belastingplichtige.