Lexicon Nederland en België

Liek Mulder (1994)

Gepubliceerd op 02-08-2017

Caron

betekenis & definitie

Caron, François, Nederlands koloniaal bewindsman, *circa 1600 Brussel, +(verdronken) 5.4.1673 bij Lissabon. Caron ging als koksmaat op een schip van de voc naar de Oost.

Hij deserteerde in Japan, maar werd spoedig weer in dienst genomen, waarna hij een van de grondleggers van de handel van de voc op Japan werd. Hij versloeg in 1643 de Portugezen op → Ceylon en werd in 1644 gouverneur van Formosa. Van 1647-1652 was hij directeur-generaal van de handel in Batavia. Hij bekleedde van 1664-1672 een analoge functie bij de Franse Oostindische Compagnie.