Lexicon Nederland en België

Liek Mulder (1994)

Gepubliceerd op 02-08-2017

Aansprekersoproer

betekenis & definitie

Aansprekersoproer (Biddersoproer) (aanspreker: aanzegger van een sterfgeval), oproer op 31.1. en 1.2.1696 in Amsterdam naar aanleiding van een bepaling van burgemeester Jacob Boreel dat de doden voortaan alleen door de gemeente mochten worden begraven tegen een lager tarief. De benadeelde aansprekers slaagden erin een oproer te ontketenen, dat met plunderingen gepaard ging; ze maakten gebruik van ontevredenheid bij de havenbevolking, onder wie als gevolg van de → Negenjarige Oorlog veel werkloosheid heerste.

Het oproer werd door de schutterij bloedig bedwongen, maar de burgemeester trok wel de betrokken keur in.