Bij de Romeinen was de censor een voornaam persoon, die voor den tijd van 5 jaren (een lustrum) gekozen werd. Hij moest vooral toezicht houden op de zeden van het volk en zoo noodig strenge straf toepassen.
Vandaar is bij ons censuur: „toezicht,” bijv. in de Hed. Kerk, die haar lidmaten zoo noodig onder censuur stelt; of ook: ’t toezicht der regeering op de drukpers. De censor stelde ook het bedrag der belasting vast, n.l. den census; vandaar nog bij ons census-kiezers: burgers, die krachtens hun belasting kiezer waren. Een verbastering is cyns, d.i. belasting door onderworpen volkeren opgebracht; schatting.
