Lesbotaal Lexicon Lesbiaans : lexicon van de lesbotaal

Hanneke Kunst en Xandra Schutte (1991)

Gepubliceerd op 02-05-2019

Dildo

betekenis & definitie

Dildo - staafvormig voorwerp, bijvoorbeeld in de vorm van een penis of kaars. Over de herkomst wordt hevig gespeculeerd.

Het woord zou kunnen afstammen van het Italiaanse ‘diletto’, wat ‘delight’ betekent, of van het Engelse woord ‘dally’, wat speeltuig betekent. Dildo zou ook kunnen komen van het Engelse slang ‘to diddle’: masturberen, neuken alsook op een prettige manier de tijd passeren. Onder mijn broek zit wat op haar te wachten, mijn dildo, die zo meteen diep in haar kutje zal zitten, ik wil dat ze met haar billen omhoog mijn dildo met haar kut omsluit, verward is en ritmisch heen en weer zal gaan. (Scheluw, 1990 nr.4).

De advertenties willen mij doen geloven dat dildo’s in de vorm van dolfijnen en maiskolven het toppunt van geluk zijn. (Surplus, 1990 nr. 5). Hand-dildo’s zijn uit, aanbind-dildo’s zijn in. Je hebt je handen wel voor andere dingen nodig. (Homologie, 1990 nr.3). Ook voorbinddildo. Zie ook dragbutch, drillie, komkommer en kunstpenis.