Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Flăgro

betekenis & definitie

1. eig., branden, flikkeren, vlammen, onerariae flagrantes, Cic., telum flagrans, bliksem, Verg.; praegn., arae flagrantes, Ov.

2. overdr., branden, vlammen, (van concr. subjj.) Italia flagrans bello, Cic., infamiā, Cic., of rumore malo, Hor., berucht zijn, invidiā, zeer gehaat zijn, Cic., amore, gloeien van, Cic.; poët. c. acc., flagrans amor Heben, gloeiend voor enz., Prop. | (van toestanden enz.) vlammen, opvlammen.

< >