Arthur Honegger

betekenis & definitie

(1892), Zwitsers-Frans componist, leerling van Widor en D’Indy, schrijver van originele en krachtige muziek, die vrijwel alle nieuwe uitdrukkingsmiddelen bezigt, geleidelijk steeds meer onder Franse cultuurinvloeden gekomen. Schreef grote toneel- (Le Roi David, Antigone, Judith, Jeanne d’Arc au bûcher, Nicolas de Flue) en koorwerken (Cantique de Pâques, Cris du Monde, La Danse des Morts) ; voorts 4 symphonien, diverse orkestwerken, kamermuziek.