Kunstgeschiedenis

Amsterdam Boek (1959)

Gepubliceerd op 27-01-2022

Byzantium - Byzantijnse kunst - Balkanlanden –architectuur – Walachije – Moldavië

betekenis & definitie

BYZANTIJNSE KUNST IN DE BALKANLANDEN:

DE ARCHITECTUUR IN WALACHIJE EN MOLDAVIË

In vergelijking met andere Balkangebieden is de opkomst van de architectuur in Walachije en Moldavië zichtbaar vertraagd. De politieke verhoudingen hebben zich later geconsolideerd dan in het zuiden, zodat vóór de veertiende eeuw geen noemenswaardige bouwkunst voorkomt. Anders dan in Moldavië vormen in Walachije twee bouwtypen, de triconchos en de kruiskoepelkerk, de grondslagen voor de gehele ontwikkeling (afgezien van vroege met tongewelven over¬welfde kerken als de Nicolaaskerk in Curtea de Arges). De triconchos houdt stijlhistorisch verband met de Servische kerken van het Moravadal, terwijl de kruiskoepelvorm aansluit bij de hoofdstedelijke architectuur (hoofdstad Constantinopel). De vroege en belangrijkste triconchoskerk in Cozia (1393 gebouwd door Mircea de Grote) sluit nauw aan bij de architectuur van Krusevac.

De twee latere, stilistisch met elkaar verwante triconchos kerken van Walachije, de kloosterkerk in Dealu (omstreeks 1500 ge¬bouwd door Radu de Grote) en de bekende bisschopskerk in Curtea de Arges (gebouwd 1512-1517 door Neagoe Bassarab) tonen een verandering.De kleurige afwisseling van steenlagen wordt vervangen door steenblokken; door een geprononceerde geleding in twee verdie¬pingen en sterk naar voren komende en geprofileerde horizontale lijsten krijgen deze kerken een strenger karakter, architectonisch meer uitgewerkt. Daar komt bij een rijkgevormde voorhal met koepels. Bijzonder opvallend is de monumentaliteit van de voorhal in de bisschopskerk van Curtea de Arges. Een versterking van de ornamentiek is waar te nemen aan de koepels; behalve de ’a jour’ doorbroken vlakke ’vensterranden’, hebben ze een plas¬tische geleding van de koepelsokkel en van de tamboer.

Voor de eerste maal treden, hoofdzakelijk in Curtea de Arges, Islamitische ornamentmotieven op, namelijk in de ’touwachtig’ gewonden verdikking, die horizontaal de wanden in twee verdiepingen scheidt en in de druipsteenmotieven van de kranskroon- lijsten en de portaalornamentiek. In de ornamentiek en geleding van de wanden stoten Venetiaanse motieven (Sta Maria dei Miracoli in Venetië) op een zuiver Islamitische manier van versieren, die herinnert aan een tapijt.

In de Walachijse triconchoskerken gaat een Byzantijnse ruimte- vormgeving samen met een Venetiaanse, renaissance-achtige ornamentiek. Daarentegen sluiten de kruiskoepelkerken van Walachije, namelijk de Nicolaaskerk (Biserica Domneasca) in Curtea de Arges (veertiende eeuw), de oude metropolitaankerk in Targoviste (1518), de Vorstenkerk in Targoviste (1582) aan bij het zuivere type van een hoofdstedelijke kruiskoepelkerk.

In Moldavië had de architectuur een ander historisch verloop dan in Walachije, dat in nauwe betrekking stond tot Byzantium. Een kruiskoepelkerk komt hier niet voor. Het dominerende type van de Moravaschool, de triconchos, een Byzantijnse grondvorm, wordt in hoge mate creatief omgezet door sterke gotische invloeden uit de buurlanden, voornamelijk uit Zevenburgen.De vroegste kerken in Moldavië schijnen basilieken met lengterichting van gotisch karakter te zijn geweest, die door de adap¬tatie van gesloten voorhallen pasklaar werden gemaakt voor de orthodoxe ritus. Hun hoogste bloei krijgen de Moldavische kloosterkerken in de laatste regeringsperiode van Stefan de Grote. De meeste van deze kloosterkerken worden gekenmerkt door hun lengtewerking. De voorhallen en schepen bestaan uit overkoepe¬de traveeën, waardoor het centrale effect van de triconchos wordt verzwakt. Deze stilistische veranderingen vloeien voort uit de zich voortzettende gotisering van de triconchos.

door Prof. Dr. W. Sas-Zaloziecky.