Gepubliceerd op 11-11-2021

water

betekenis & definitie

o., in bet. 1, 2 en 3 wateren of waters, in bet. 4 en 5 gmv., watertje (1 vloeistof uit twee delen waterstof en één deel zuurstof bestaande, in zuivere toestand zonder kleur, reuk of smaak; 2 rivier, meer, kanaal enz.; 3 vloeistoffen, die min of meer als water er uitzien, min of meer de eigenschappen er van hebben: reukwater, mineraalwater; uitwendig geneesmiddel; 4 helderheid; 5 waterzucht):

1 er is bronwater, regenwater, rivierwater, welwater, zeewater enz.; open water, niet dichtgevroren; water innemen, drinkwater (v. schepen); laag water, hoog water, lage, hoge stand van rivier en zee; hoog water, a) op het punt staan te schreien, b) in dringende (geld)verlegenheid zijn; onder water zetten, inunderen; een schip te water laten, van stapel laten lopen; de dief zit op water en brood, krijgt in de gevangenis geen ander voedsel; zegsw. het water komt aan de lippen, de nood is hoog; het hoofd boven water houden, eig. niet verdrinken, fig. z. weten te redden, staande te houden; Gods water over Gods akker laten lopen, zich nergens om bekommeren; dat kan al het water van de zee niet afwassen, daar kan hij nooit van vrijgesproken worden, die smet zal altijd op hem rusten; water naar zee dragen, nodeloze arbeid doen, verg. b a l k, k o l e n, u i l; zij zijn als water en vuur, volslagen vijanden; zegsw. het water loopt altijd naar zee, de fortuin dient de rijken; water in de (of: zijn) wijn doen, zijn eisen matigen, wat inbinden, omdat de omstandigheden daartoe dwingen; dat feest is in ’t water gevallen, is mislukt; spreekw. Stille waters hebben diepe gronden, a) in (of: achter) lieden, die zich weinig uitlaten, zit (steekt) soms meer dan men naar de uiterlijke schijn vermoeden zou, vaak gebezigd in toepassing op min gunstige eigenschappen, b.v. gezegd van mensen, die „de kat in ’t donker knijpen”, b) de zwijgers denken dikwijls het diepst; zie ook: b r a n d e n, k r u i k, m o l e n, s t e e k I, 5, t r o e b e l, v e r d r i n k e n en z o n;
2 de wateren van Nederland; zegsw. in (of: op) zulke waters vangt men zulke vissen, a) van zulke mensen heeft men zo iets te wachten, b) gezegd als iem. de nadelige gevolgen ondervindt van een slechte daad; Waters en Bossen, in België: dienst belast met het beheer van en de zorg over de bossen en kleine wateren;
3 spuitwater, selterswater; welriekende wateren; sterkwater, vitriool; zie b o o r w a t e r, o o g w a t e r;
4 diamanten van het eerste of zuiverste water, van de hoogste glans; fig. artist van ’t eerste water, rang;
5 hij stierf aan het water; het water hebben.