voegde toe, heeft toegevoegd;
1. dichtstoppen (nl. de voegen): de metselaar zal die reten toevoegen;
2. bij iets voegen, vermeerderen: aan die woorden iets toevoegen;
3. als hulp geven; ten dienste stellen: den generaal zijn twee kapiteins als adjudanten toegevoegd;
4. het woord richten tot, zeggen tot: hij voegde hem toe: zwijg!