Gepubliceerd op 11-11-2021

luim

betekenis & definitie

v. luimen, luimpje; (Fr. lune):

1. gemoedsgesteldheid; vlaag van willekeur: in goede luim, in kwade luim zijn;
2. opgewektheid, geneigdheid tot schertsen: ernst en luim;
3. gril, kuur; humor, geestigheid, aardige inval, grap: zij vierde de luimen der oude best.

< >