1 bn. (1 v. personen: zedelijke kracht, zelfstandigheid missende, laag, eerloos; 2 v. zaken: blijk gevende van gemis aan karakter, zedelijke kracht enz.; banaal, alledaags):
1 een karakterloze vent;
2 karakterloos gedrag, een karakterloos gebouw;
2 bw. (op karakterloze wijze; blijk gevende van gemis aan karakter): zich karakterloos gedragen.