Gepubliceerd op 11-11-2021

gelijktijdig

betekenis & definitie

bn., bw. (1 tot hetzelfde tijdvak behorende, er in levende, er in gebeurende; 2 op hetzelfde tijdstip geschiedende of plaats hebbende):

1. de gelijktijdige schrijvers; twee gelijktijdige gebeurtenissen; die beroemde mannen leefden gelijktijdig;
2. een gelijktijdige waarschuwing, vraag; die treinen kwamen gelijktijdige aan.