Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie G
- gemiddelde
- gemier
- gemijterd
- geminatie
- gemis
- gemissen
- gemma
- gemme
- gemodereerd
- gemoed
- gemoedelijk
- gemoedelijkheid
- gemoeder
- gemoedsaandoening
- gemoedsaard
- gemoedsbeweging
- gemoedsbezwaar
- gemoedsgesteldheid
- gemoedsleven
- gemoedsrust
- gemoeid
- gemoet
- gemoeten
- gemor
- gemotiveerd
- gems
- gemsbok
- gemshoorn, gemshoren
- gemsleder, gemsleer
- gemuilband
- gemuild
- gemul
- gemunt
- gemurmel
- gemütlich
- gemutst
- gemze(n)leer
- gemze(n)leren
- gemzebok
- gemzenhaar
- gemzenjacht
- Gen
- genaakbaar
- genaakbaarheid
- genaamd
- genachte
- genachtzeggen
- genade
- genadebrood
- genademiddel
- genadeoord
- genadeslag
- genadestoot
- genadig
- genadigheid
- genageld
- genaken
- genan; gênant
- gênant
- gendarme
- gendarmerie
- gêne
- genealogie
- genealogisch
- genealoog
- geneesheer
- geneeskracht
- geneeskrachtig
- geneeskunde
- geneeskundig
- geneeskunst
- geneeslijk, geneselijk
- geneesmiddel
- geneesvlees
- geneeswijze, geneeswijs
- genegen
- genegenheid
- geneigd
- geneigdheid
- generaal
- generaal-agent
- generaal-majoor
- generaalschap
- generaalsrang
- generaalsuniform
- generaliseren
- generalissimus
- Generaliteit
- Generaliteitslanden
- generatie
- generatiewisseling
- generator
- generen
- genereren
- genereus
- generfd
- generhande
- generisch
- generlei
- Genesareth