Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie G
- gelddors
- gelddrager
- geldduivel
- geldelijk
- geldeloos
- gelden
- geldend
- Gelderland
- Gelders
- Geldersman
- geldgebrek
- geldgierig
- geldhandel
- geldhandelaar
- geldhond
- geldig
- geldigheid
- geldigheidverklaring
- geldkas
- geldkast
- geldkist
- geldkoers
- geldkoning
- geldlade
- geldlening
- geldmarkt
- geldmiddelen
- geldnood
- geldprijs
- geldquaestie
- geldschaarste
- geldschieter
- geldsom
- geldstraf
- geldstuk
- geldswaarde
- geldswaardig
- geldtrommel
- geldverlegenheid
- geldverlies
- geldwinning
- geldwisselaar
- geldwolf
- geldzaak
- geldzak
- geldzorg
- geldzucht
- geldzuchtig
- gelede dieren
- geleden, geleen
- gelederen
- geleding
- geleed
- geleeg, geleg
- geleend
- geleerd
- geleerdheid
- gelegen
- gelegenheid
- gelegenheidsdichter
- gelegenheidsgedicht
- gelegenheidsgezicht
- gelegenheidsliedje
- gelegenheidspreek
- gelegenheidsstuk
- gelegenheidsvers
- gelei
- geleibiljet
- geleibrief
- geleide
- geleidelijk
- geleidelijkheid
- geleiden
- geleider
- geleidlng
- geleidraad
- geleidster
- geleiergoed
- geleigeest
- geleistang
- geleitaart
- gelelied
- gelen
- geletterd
- geleuter
- geleverd
- gelezen
- gelid
- geliefd
- geliefkoosd
- gelieven
- gelig
- gelijk
- gelijkbenig
- gelijkbetekenend
- gelijkdraads
- gelijkdrachtig
- gelijkdradig
- gelijke
- gelijkelijk
