Gepubliceerd op 11-11-2021

afschrijven

betekenis & definitie

schreef af, h. afgeschreven (1 v. een rekening, geldsom: verminderen met; de waardevermindering van activa als gebouwen, machines e. d. boeken, gewoonlijk met het doel de aanschaffingskosten te verdelen over de gebruiksduur; 2 melden, dat iets niet kan plaatshebben, dat men iem. niet kan ontvangen, zijn diensten gebruiken enz.; 3 ten einde schrijven; 4 van een lijst afvoeren; 5 overschrijven, naschrijven):

1. elke maand 100 gld. op de rekening afschrijven op vorderingen (debiteuren), deze stuk voor stuk nagaan en de dubieuze posten op hun vermoedelijke waarde schatten,
2. iem. afschrijven; een bezoek afschrijven; zijn meisje afschrijven, engagement verbreken per brief;
3. een begonnen brief afschrijven;
4. leden ener vereniging, leerlingen
5. een opstel afschrijven; zie overschrijven.