Peking-opera is een Chinees muziektheater, rond 1790 ontstaan. Gesproken dialogen worden afgewisseld met pentatonische eenstemmige zang, begeleid door hoofdzakelijk snaarinstrumenten en slagwerk.
Aan de 'plot' ligt de rijke Chinese verhaaltraditie ten grondslag. Er zijn vier basispersonages: de 'sjeng' (oude man), de 'tsjoe' (clown), de 'tsing' (krijger of staatsman) en de 'tan' (vrouwenrol, door een man in het falsetregister gezongen).