XYZ van de klassieke muziek

Katja Reichenfeld (2003)

Gepubliceerd op 15-03-2017

Johann Christian Bach

betekenis & definitie

Johann Christian Bach (Leipzig 1735-Londen 1782) was een Duitse componist en klavecinist, tiende kind uit het tweede huwelijk van J.S. Bach.

Na te zijn onderricht door familieleden, studeerde hij vanaf 1754 bij Padre Martini in Italië. Daar werd hij katholiek en ontwikkelde hij zich tot organist en componist van kerkmuziek; tevens schreef hij er zijn eerste opera. Zijn bemoeienissen met dat genre leverde hem later een echtgenote op, de zangeres Cecilia Grassi, en vanuit Italië en Duitsland een toenemende vraag naar meer opera's. Toen ook het King's Theatre er in 1862 twee bestelde, vertrok Bach naar Londen, waar hij de traditionele opera seria-stijl verrijkte met meer aandacht voor koor en instrumentatie. Ook in zijn orkestwerk en kamermuziek bracht hij originele vernieuwingen aan. Aan het theater werd hij geconfronteerd met middelmaat en jaloezie, waardoor zijn operacarrière stagneerde. Maar uit de hechte vriendschap met de van oorsprong Leipziger componist en gambist C.F. Abel vloeiden veel openbare concerten voort, waarbij ook eigen werk werd uitgevoerd. Tot de bezoekers behoorde de jonge Mozart, die zich zeer tot Bach aangetrokken voelde door diens goedhartigheid en een hoge dunk van zijn muziek zou houden. Deze muziek werd vanaf 1775 steeds meer gekenmerkt door een persoonlijke synthese van de late barokstijl met de nieuwe 'empfindsame' stijl. Ook elementen uit de Berlijnse liedstijl, de Italiaanse en Franse operastijlen en de symfonische stijl uit Mannheim kan men aantreffen in de muziek van de Londense Bach.

Vanaf 1772 dwongen operaopdrachten Bach zijn tijd te verdelen tussen Londen, Mannheim en Parijs. De slinkende populariteit van de Bach-Abel-concerten en van zijn opera's, de afname van het aantal leerlingen, concurrentie en bedrog bezorgden hem vanaf 1779 in toenemende mate financiële problemen en een afnemende gezondheid. Bachs dood, door Mozart 'een verlies voor de muziekwereld' genoemd, werd in Londen amper opgemerkt.

Oeuvre
Ca. 50 (concertante) symfonieën en 30 concerten; ca. 25 kerkelijke werken; 1 oratorium; 13 opera's; wereldlijke cantates, duetten, aria's, liederen; muziek voor blazers, kamer- en klavecimbelmuziek.